Kerken van goud, dominees van hout - Rob Bijlsma
Monumentaal boek over de natuur
Informatief, maar ook om te lachen
Het is een monumentaal boek over de natuur. Bijzonder informatief, maar ook om te lachen. Het boek gaat over de natuur in Nederland, over het verschijnen en uitsterven van soorten en hoe de beheerders daar invloed op denken te hebben. In het betoog zoomt Rob steeds in op een stukje natuur dat hij langdurig en uitermate gedetailleerd heeft onderzocht. Tegelijk geeft het boek de lezer inzicht in het merkwaardige leven van Rob zelf, dat komt door de verhalen over zijn waarnemingen. Urenlang wachten in een boomtop of in een greppel en compulsief registreren en analyseren van van alles en nog wat, zoals overgewicht van boswachters, afstanden van boswachter tot auto, blikjes langs ‘zijn’ fietspad, mensen op foto’s in jaarverslagen van natuurbeheerders, bezoekers in verboden gebied. Daardoor blijft het boeien.
Het boek is geschreven in een prettige stijl, vaak komisch, maar toch leest het niet gemakkelijk. Dat komt door de vele bewijzen die Rob invoegt om zijn betoog te onderbouwen: opsommingen, tabellen, grafieken, waar relevant zelfs keurig voorzien van informatie over de spreidingsbreedte en standaard deviatie van de waargenomen aantallen, en er staan op bijna elke pagina voetnoten en verwijzingen naar (wetenschappelijke) literatuur. Die onderbouwingen kun je natuurlijk overslaan bij het lezen, maar dan mis je van sommige betogen toch net de essentie (of de grap) en dat wil je niet. Het lukte me niet om meer dan een paar hoofdstukken achter elkaar mijn aandacht er bij te houden, dan moest ik echt even iets anders doen. Ik pakte het boek wel steeds weer op, het bleef me intrigeren.
Rob gaat met een knipoog (en daardoor grappig) tekeer tegen van alles, en heeft ook steeds groot gelijk. Tijdens het lezen zei ik bij elke bladzijde minstens twee keer ‘zo denk ik er ook over’. Het bijzondere is dat Rob steeds een duidelijke onderbouwing toevoegt als hij een beheerder of instantie uitvetert. Vooral de natuurbeheerders Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten moeten het ontgelden, al schrijft Rob er wel vaak bij dat tegenwoordig de provincies verantwoordelijk zijn voor het natuurbeheer.
Dat uitveteren gaat meestal over geld. Rob toont aan dat het de beheerders niet om de natuur gaat, maar om omzet. Plannen worden zo gemaakt, dat het maximum aan subsidie wordt binnen geharkt. Subsidie verslaving.
Plannen van beheerders lukken altijd. Dat komt enerzijds door de vaagheid van de doelstellingen, en doordat altijd randvoorwaarden en neveneffecten worden genoemd. Komt er wat anders uit dan verwacht, dan past dat toch altijd binnen de doelen en/of is het niet te wijten aan de beheerder. En anderzijds lukken plannen altijd, omdat er geen enkele controle is of een doelstelling is gehaald. Daar komt bij, dat de doelen vaak beperkt zijn tot enkele soorten en niet gaan om de leefomgeving van planten en dieren.
Het boek loopt over van de voorbeelden. Voorbeelden van mislukt ‘herstel’. Natuurlijk noemt Rob de Oostvaardersplassen een mislukking, een voorbeeld van hoe het niet moet. Hij staaft dat uitgebreid, onder andere met cijfers van de achteruitgang van de riet- en ruigtevogels. Voorbeelden van mislukte herintroducties van in Nederland uitgestorven dieren, terwijl het gebied daar niet meer geschikt voor is. Ze zijn volgens Rob niet voor niets uitgestorven. Breed uitgemeten wordt als voorbeeld het geldverslindende debacle van de herintroductie van korhoenders beschreven. Gevolgd door de heldere waarschuwing dat we ons ook geen illusie hoeven te maken over terugkeer van de griel, kemphaan, kuifleeuwerik, enzovoort. Die zijn niet voor niets vertrokken, ze hebben niets te zoeken in een grondig verpest landschap. Studies die beweren dat bescherming van een ‘kensoort’ meerdere soorten laat mee profiteren, zijn volgens Rob gebaseerd op gebakken lucht, op minieme steekproeven en selectief shoppen in de literatuur.
Tussen neus en lippen noemt Rob wetenschappelijk onderzoek waarin wordt aangetoond hoeveel kleine dieren worden gevangen door katten. Ook door goed verzorgde katten, die op tijd hun eten krijgen. En hij beschrijft met veel nadruk hoe groot de verstorende invloed is die loslopende honden in de natuur hebben. Hij hekelt de lakse manier van toezicht houden door de beheerders en de lompe manier waarop zij zelf met de natuur omgaan.
Het boek is doordrenkt met bewijzen van de negatieve invloed van kaalkap. Achteruitgang van de vogelstand wijt Rob aan drie oorzaken:
- kortzichtige beheervoorstellen, waarin niet wordt gekeken naar het belang van insecten, en bodemleven,
- verkeerd grondgebruik en toepassing van persistente pesticiden,
- kaalkap en versnippering van de natuur.
Meestal was ik het eens met de manier waarop Rob zijn waarnemingen vertaalt naar beter beleid. Een enkele keer niet. Ik was het bijvoorbeeld helemaal niet eens met de visie van Rob dat het beter is om meer natuur af te sluiten voor mensen, hoewel ik daar al lezend over de verstoring door bezoekers (en hun honden) wel veel meer begrip voor heb gekregen.
Jan Engelbregt (bestuurslid en oud-voorzitter Stichting ter behoud van het Schoorlse- en Noord-Kennemerduingebied, kortweg Duinstichting)
De auteur
Rob Bijlsma (1955) groeide op in de buurt van Wageningen, getogen op de Veluwe, waar hij op zijn tiende begon met vogelen. Zijn eerste verrekijker kocht hij voor 88 gulden (zo lang geleden dus). De eerste aantekeningen stammen van twee jaar voordat Jefferson Airplane Surrealistic Pillow uitbracht. Jazeker, de plaat waarop het iconische White Rabbit is te vinden. Na het verlaten van de middelbare school, tot vandaag de dag, zonder onderbreking bezig met vogelonderzoek. Waar kan dat anders dan in Nederland? Rob is autodidact en veelschrijver met zwak voor alles dat leeft. Boeken als Mijn roofvogels en recent nog Kerken van goud, dominees van hout- Over de verwording van de Nederlandse natuurbescherming (Atlas Contact). Levenslange projecten: Planken Wambuis, Drenthe en Afrika.
Rob Bijlsma – Kerken van goud, dominees van hout, 352 pagina’s, ISBN 978 90 450 4463 7, uitgeverij Atlas Contact, € 24,99, juni 2021
Uit het boek ‘Kerken van goud, dominees van hout’ van Rob Bijlsma heb ik een aantal citaten gehaald. Die komen vast nog van pas!
pag |
citaat/opmerking |
18 |
(…) volksverlakkerij (…) Dat ogenschijnlijk paradijs heeft namelijk te maken met de kortstondige pioniersfase die een grootschalige ingreep teweegbrengt. En met het feit, dat soorten die van pioniersvegetaties houden waardevoller worden gevonden dan andere soorten |
19 |
(…) van de gewenste heide komt zelden iets terecht (…). Tapuiten en duinpiepers bedenken zich wel tweemaal alvorens er te landen (…). |
20 |
(…) voor wie denkt dat natuurbeschermers het erg vinden dat herstelde of gebouwde natuur na verloop van tijd vervlakt: helemaal niet. (…) Het is voor herstellers namelijk een scenario om opnieuw aan de slag te gaan … |
24 |
(…) herstel van zandverstuivingen. Let wel: een habitat die indertijd per ongeluk via roofbouw door mensen werd gecreëerd (…). Het zogenaamde herstel ging uiteraard gepaard met grof geweld via bomenkap, graafmachines en af- en aanrijden van zwaar materieel. En met babbelpraat (...). |
28 |
Duidelijke vraagstelling bij start van een project? Welk tijdvak? Nulsituatie gemeten? Controlegebieden ingericht? Bijhouden wat de ingreep betekende voor de bestaande leefwereld? Welke literatuur gelezen? Gaat u door als het geld op is? Mijn ervaring: op die vragen volgt een glazige blik. |
28 |
Als gevolg (…) zuchten natuurgebieden onder nietsontziende ingrepen, (…). Natuurherstel Schoorlse Duinen, (…). |
34 |
Zodra subsidiegevers voorwaarden gaan stellen, en dat doen ze (gebied tevens inrichten voor recreatie, bijvoorbeeld), moet de reactie zijn: stop dat geld maar in je … Geld niet aannemen is soms belangrijker dan het wel aannemen. Dat heeft met principes te maken (…). |
37 |
Boeren en natuurbeheerders zetten gesanctioneerd de wet naar hun hand, (…) vergezeld van kreten als ‘wereld voeden’ of ‘biodiversiteit’. |
37 |
De houtsnippers worden aan het publiek verkocht als duurzame energie. (…) Let wel: zowel Staatsbosbeheer als Natuurmonumenten noemde dat enkele decennia terug nog strooiselroof. |
39 |
Tegenwoordig is de zaagterreur structureel, is het niet voor houtproductie of opruiming van exoten, dan wel om (…). |
40 |
(…) schip met geld (…), circus van start. Beekherstel, aanleg/afbraak/aanleg van rasters en hekken, aanleg betonfietspaden, exoten opruimen, (…) natuurgebieden afgraven, (…) preventief opslag verwijderen, chopperen (…). De toezegging dat het na verloop van tijd klaar zou zijn met dat gedoe is een leugen. Het ‘herstellen’ van natuurgebieden is een raison d’être van de beheerder geworden (…). |
41 |
Je zal maar natuurgebied in Nederland zijn. Dan loop je een goede kans te worden omgevormd tot Nationaal Park, waarvan de enige functie is mensen te gerieven. In de voetnoot: De definitie Nationaal Park (…): overheidstruc om andermans natuurgebieden om te vormen tot recreatieterrein, met als doel woeste grond alsnog productief te maken. |
44 |
In de voetnoot (vrij weergegeven): Bijna elke bewering van een natuurbeheerder is onjuist of zelfs ronduit gelogen. De schapen geloven de overheden en natuurbeheerders. De geiten willen bewijzen zien en gaan na 10 of 20 jaar nog eens kijken wat er van de plannen terecht is gekomen. |
59 |
Niet steeds meer terrein openstellen voor zelfzuchtige mensen, maar juist meer terrein afsluiten (…). Denk daar maar eens over na zonder onmiddellijk in een van de twee standaardreacties te vervallen. [voetnoot: 1. wij hebben recht op natuurgebieden; 2. jij wilt die gebieden voor jezelf houden] |
63 |
(…) bos blijkt zich niet aan de regels te houden en heeft zich daarmee als de ideale zondebok ontpopt. Het verdampt kostbaar water, verstoort zichtlijnen, belemmert werk in uitvoering, blijft opslaan op plekken waar dat verboden is, staat biodiversiteit in de weg, bedreigt zeldzame dieren, (…), is de broedplaats van gevogelte waarvan in de rest van Europa al meer dan genoeg rondvliegt en - niet te vergeten – is de woonplek van gedierte dat schade toebrengt aan het omringende boerenland |
64 |
(…) alles wat je vernielt ten faveure van een utopie, gaat ten koste van de bestaande werkelijkheid. (…) Als het niet werkt, en dat doet het nooit, want natuur kent geen doeltypen, verzin je toch gewoon wat anders. Of ga je opnieuw hakken en graven om de achterbakse natuur alsnog in het gareel te schoppen. |
68 |
Sinds natuurgebieden tot Nationaal Park zijn gebombardeerd, is de beuk erin gegaan. (…) Vlaksgewijze kap over honderden hectaren bos. |
71 |
Als deze cijfers één ding duidelijk maken, dan is het wel dat bosbewonende roofvogels, (…), een sterke voorkeur hebben voor naaldbomen om in te nestelen en in het bijzonder voor de exoten onder de naaldbomen(buizerd uitgezonderd). Dat zou ze duur komen te staan. Want in de tussentijd hadden de natuurbeheerders besloten dat het bos niet is zoals het zou moeten zijn. De zaagploegen trokken binnen en gingen aan de slag. (…) Maar sinds de beheerders een hekel aan bomen hebben gekregen, is er een andere categorie (van nest-verlies; JE) aan toegevoegd: nestboom omgezaagd. |
71 |
Afhankelijk van welke beheerder aan het woord is, moet er in plaats van bos open ruimte komen (…), of anders moet het bestaande bos worden omgevormd (…) of moet levend bos worden door gemaakt (…) of moeten levende roofvogels worden vervangen door houten beelden van roofvogels (…; echt uitgevoerd in boswachterij Smilde; JE). |
72 |
(…) een interessant fenomeen dat laat zien dat je als vernieler overal mee kunt weg komen. |
76 |
(…; bossen veranderd in gatenkaas door kappen en dunnen en afgraven van de toplaag; red.) Allemaal in het kader van Natura 2000. volgens het bijgeplaatste bordje , dus – moeten wij geloven – heilzaam voor de natuur. |
88 |
over gekapte of sterk gedunde bossen: Geen beter voorbeeld dan bossen waar door de beheerder gaten in zijn geslagen. Versnippering van leefgebied betekend facilitering van opportunisten. In uitgeklede landschappen zijn bosranden en plukjes bos efficiënt af te stropen door roofvijanden (…). Alsof je een rode loper uitlegt. |
89 |
als een beheerder onder vuur komt te liggen: Dan is de repliek: bos beheerd overeenkomstig het bostype dat door de provincie is voorgeschreven, werk uitgevoerd volgens gedragscode, goed voor de weerbaarheid tegen klimaatverandering, verhoging van biodiversiteit. |
103 |
bij kappen moet een straal van 50 m rondom een roofvogelnest worden gespaard; het gaat in dit tekstgedeelte om waarnemingen door Rob in percelen die werden geveld in West-Drenthe: veel nesten bleken niet gemarkeerd, 26 wel gemarkeerde nestbomen werden toch geveld. De verplichte 50 meter was bij geen enkele van de 72 nesten aangehouden; zelfs een afstand van 40 meter werd niet gehaald. Bij 25 nesten was al het bos tot aan de nestboom weggekapt (...). In enkele gevallen was de nestboom zelfs de enige boom die nog overeind stond na de kaalkap. |
109 |
over de Gedragscode Bosbeheer, die is vervangen door de Gedragscode Soortenbescherming Bosbeheer: De zorgplicht (voor vogels; JE) is feitelijk virtueel, want de toegestane werkzaamheden ondergraven elke vorm van echte bescherming. een typerend voorbeeld betreft kaalkap van bos, de meest destructieve vorm van kap die je kunt bedenken met langdurige negatieve uitwerking op bodemleven, biochemische processen en biodiversiteit. Volgens de nieuwe gedragscode mag bij verjongingskap in de vorm van kaalkap 0,5 ha tegen de grond gaan, bij schermkap tot 2 ha. Zulke praktijken vergen vele decennia alvorens de schade weer een beetje hersteld is. |
113 |
dat natuurlijk gestorven bomen meer betekenen voor de natuur, dan geringde of ingezaagde bomen die op stam sterven: Sterven duurt jaren, niet zelden decennia. ook daarna, als de boom al morsdood is, gaan er decennia overheen voordat de boom volledig is verteerd. |
113 |
hoe beheerders subsidie binnen hengelen: Een van die doelen in termen van natuur, en nog specifieker, van dood hout in die natuur, luidt: dood hout is goed (…). Binnen de kortste keren zong er dan ook een streefgetal rond, namelijk: een bos is in orde en verdient subsidie bij drie dode bomen met een diameter van minimaal 30cm (op borsthoogte) per hectare. (…) Het probleem met bomen is namelijk dat ze, eenmaal een bepaalde leeftijd bereikt, lang leven en langzaam dood gaan. Daar gaat de subsidie! |
114 |
1. ingezaagde bomen lagen sneller tegen de grond dan natuurlijk gestorven bomen, 2. ingezaagde bomen leken minder door houtbewonende insecten te worden bewoond dan natuurlijk gestorven bomen, en 3. door inzaging gestorven bomen werden niet als nestboom uitgekozen door matkoppen en kuifmezen (…). |
116 |
(…) de kuifmees (…) een van de vele bescheiden juwelen in dennenbos. (…) ze hakken ingerotte gaten of rottingsplekken op takbreuken verder uit of maken achter schors van vermolmde stammen een holte. |
118 |
Alle ingezaagde bomen deden aanmerkelijk korter over hun aftakeling dan bomen die op natuurlijke wijze aan hun einde kwamen. (…) Vooral grove den en berk gingen na inzaging snel dood op stam, vaak binnen een jaar. |
120 |
Het lijdt geen twijfel dat dood hout in het bos een cascade van leven met zich meebrengt. (…) Ik ben het hartgrondig eens met de mycologen Eef Arnolds en Rob Chrispijn (…) die pleiten voor natuur die vrij is van ieder menselijk ingrijpen. Beheerders moeten maar eens leren geduld te hebben (…). |
123 |
over de Ips Typographus, de letterzetter: (…) omdat Ipsen via een georkestreerde aanval op fijnsparren binnen 4 dagen tot 90% van de bomen hebben aangetast. Zes dagen later kunnen de bomen al dood zijn. De aanval wordt door de kevers zelf ‘voorbereid’, en wel door een agressieferomoon af te scheiden. Met als pavlov-reactie van de beheerders: aangetastebomen moeten ten spoedigste worden opgeruimd. Kappen die hap. Maar kap (…) bleek zelfs niet bij benadering effectief (…). |
124 |
Tegenwoordig (…) zijn lariksen aan de beurt (…) door een andere kever, Ips Cembrae. (…) De kevertjes werden zelfs nog extra in het zadel geholpen, namelijk door in de winter van 2018/2019 in een gezonde opstand van lariks veel bomen aan de voet in te zagen. Op stam laten sterven, een van de vele raadselachtige ingrepen waar ongeduldige beheerders het patent op hebben. Stervende lariksen zijn een kolfje naar de hand van Ips Cembrae (…). Maar dat was niet de bedoeling, het bos mag wel dood, maar niet teveel tegelijk. |
125 |
Deze centrales (biomassa centrales; JE) worden aan het publiek verkocht als producenten van duurzame energie (…), maar zijn in werkelijkheid energievretende en geldverslindende bedrijven van zakkenvullers. De beste manier om ziektes te verspreiden is op megaschaal te gaan slepen met planten en dieren. Denk aan vogelgriep, varkenspest, Phytophtora … en jawel, ook Ipsen en hun fungi. |
125 |
(in voetnoot) Deze fijnsparren stonden ook op de nominatie te worden gekapt. Als Eef Arnolds en Rob Chrispijn niet hadden ontdekt dat er zeldzame paddenstoelen voorkwamen zou dat rücksichtslos zijn gebeurd. |
129 |
Lariksen hebben een grote invloed op de lokale leefgemeenschap in de winter, zelfs in die mate dat zij (de onderzoekers Van den Burg en Van Geneijgen; JE) vonden dat deze exoot voor de toekomst in de bossen behouden moest blijven. Mijn eigen wintertellingen (…) lieten gemiddeld een driemaal hogere vogeldichtheid in lariksen zien dan in grove dennen. |
130 |
(…) lariks is recentelijk gebombardeerd tot onwelkome exoot die niet snel genoeg kan worden opgeruimd. (…) Het wegkappen van lariksen is een substantiële aderlating voor insecten en zaadetende vogelsoorten, niet alleen in de winter, maar ook in de zomer. (…) Voor vogels zijn lariksen van levensbelang. |
143 |
over Amerikaanse Vogelkers (Prunus Serotina) als voedselbron voor veel vogelsoorten: Maar in de wereld van natuurbeschermers is van enig begrip of afgewogen kennis niets te bespeuren. Daar blijft men hameren op bestrijding. |
144 |
Het doet me denken aan de beschermers van weidevogels (…): tegen een oceaan van wetenschappelijke kennis in onzin blijven propageren en opruimen wat in de weg zit, zonder kans van slagen maar wel een spoor van vernieling trekken. |
161 |
Katten zijn serieuze predatoren, ook als ze goed worden verzorgd en ruimschoots te eten krijgen. (..) Peter Marra (…) becijferde op goede gronden dat er (in de VS; JE) jaarlijks 4 miljard vogels aan katten te prooi vielen, plus nog eens 22 miljard kleine zoogdieren en een kleine miljard amfibieën en reptielen. Dat is meer dan alle vogelsterfte door aanvaringen met glas, draden en verkeer bij elkaar. |
166 |
(…) een kat buiten laten rondlopen is een slecht idee. Voor mij geen katten meer! Liever vogels, vrij vliegend uiteraard. |
170 |
over de invloed van honderden soorten landbouwgif, landschappelijke veranderingen en kaalkap: (…) Nee, die weidevogels, een gepasseerd station. Daar hebben we echt geen vossen en buizerds voor nodig, dat krijgen wij mensen geheel zelfstandig voor elkaar. |
172 |
(…) elk dier dat met een scheef oog richting gewas, vee of wild keek, was ongedierte en diende onmiddellijk te worden uitgeroeid. (…) In de loop van de twintigste eeuw werd dat nog verergerd door vergaande veranderingen in het gebruik van boerenland. Dat leidde tot dramatische afnames van flora en fauna. |
177 |
Wat nou beheersvoorstellen als we de raderen van het ecosysteem, zoals insecten, nematoden, schimmels en bacteriën, zelfs de identiteit of leefwijze niet kennen. |
178 |
Bescherming die een status quo nastreeft (een bepaald landschap, deze soorten toegestaan, andere niet) staat sowieso haaks op het wezenskenmerk van biologie: diversiteit, variatie en verandering. Niets blijft hetzelfde. |
179 |
over het korhoen: Wat wil je, interessante jachtvogel geweest, tegenwoordig lid van de Vogelrichtlijn met een ‘zeer ongunstige status’. |
181 – 183 |
over het korhoen, kansloos geherintroduceerd door import uit Zweden: Het is voorafgegaan door habitatvernietiging (kap van bos ten faveure van heide), bekalking van heide, aanleg van akkertjes, bejaging van vossen en kraaien, wegvangen en verplaatsen van haviken die zich niet aan de regeltjes houden (…). Voor de goede orde: mits er geld werd gefourneerd door de overheid, zonder geld is een professioneel natuurbeschermer niet in beweging te krijgen. Geregeld wordt er iets nieuws verzonnen, terwijl tegelijkertijd de korhoenders verdwijnen, verdwijnen, verdwijnen… (…) Het geheel is gebaseerd op rapporten en adviezen van ‘deskundigen’, die bij nadere bestudering naar andere rapporten verwijzen, die – je gelooft je ogen niet – naar andere… |
186 |
over het enige ooit door het toenmalige ministerie van LNV gepubliceerde bedrag dat aan soortenbeschermingsplan Korhoen voor 1991 - 1996 werd uitgegeven, f 2,5 miljoen (terwijl het jaarlijkse ophalen in Zweden nog steeds doorloopt): Waar blijft dat geld, heeft iemand verantwoording afgelegd voor de besteding ervan, wat heeft het opgeleverd in termen van korhoenders? (…) De beschermers zeggen (…) dat ‘verandering, vernietiging en fragmentatie van het habitat de belangrijkste oorzaak is van 99% afname’, om vervolgens een voorstel te schrijven (…) om predatie op het korhoen te verminderen. |
190 |
over de achteruitgang van de korhoender populatie in Zweden: Dat belette de Sallanders niet vanaf 2012 hoenders aan hun woongebied te ontrukken om ze in een leefomgeving los te laten waarvan de Nederlandse, dus ter plaatse aangepaste, korhoenders hadden bewezen dat die onleefbaar was. En wat iedereen had kunnen zien aankomen gebeurde: de Zweedse vogels verdwenen als sneeuw voor de zon (…). |
193 – 198 |
over het uitzetten van gekweekte korhoenders op de Hoge Veluwe, waarover in een haalbaarheidsstudie (Smit, 2003) stond dat 1500 ha als leefgebied groot genoeg zou zijn: Wat volgde was de bekende opstapeling van fiasco’s die aan dit soort projecten kleeft (…). Voor een buitenstaander is niet na te gaan hoeveel korhoenders uiteindelijk in de periode 2007 – 2016 in het wild zijn uitgezet, maar in ieder geval honderden (…). De meeste, in sommige jaren zelfs alle, losgelaten korhoenders kwamen al binnen enkele weken tot maanden na loslaten aan hun eind. (…) tot de slotsom kwamen dat een uitbreiding van het project misschien de oplossing kon zijn. Vergroting, niet alleen in oppervlakte, maar ook in het aantal uit te zetten hoentjes (…), maar het gaat niet werken zolang het leefgebied ongeschikt is. |
200 |
over beschermingsbeleid voor niet bestaande soorten, zoals bijvoorbeeld de veenpatrijs (waarvan al in 2002 met DNA-techniek was aangetoond dat alle patrijzen monotypisch zijn): Wat het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie niet belet veenpatrijzen onder te brengen in vogelrichtlijnen, soorten met kleurcode, doelsoorten en talloos veel aanhangsels. (…) zo was er (in 1988; JE) ook de mythe van een heide- of laaglandkorhoen. (…) dis extra speciaal (…). |
206 |
Overheid noch natuurclubs zijn geïnteresseerd in wat zichzelf ogenschijnlijk redt. Eerst moet er verdwenen worden. Pas dan wordt er geld (…) ingepompt (…). En altijd gericht op het verleden, daarmee elke spontane ontwikkeling in de kiem smorend. (…). Maar selectieve bescherming – dit wel, dat niet – spant het paard achter de wagen (…) de hang naar het verleden heeft niets met natuur te maken. |
206 - 207 |
Doeltypen of een gewenste status quo, zoals bedacht door bureaucraten in een Nederlandse of Europese overheidsmoloch, staan haaks op spontane ontwikkelingen. |
207 |
Algemene soorten zijn vaak de dragers van ecosystemen (…). Juist verdwijning van algemene soorten is veelbetekenend. (…) Waar zijn de ring- en huismussen gebleven, de veldleeuweriken, spreeuwen, kieviten (…) de kneu, zwarte mees, goudhaantje, braamsluiper, spotvogel, fitis, havik, boomvalk en tientallen andere soorten die in bossen en struweel voorkomen? Wat zegt dat over het door ons gecreëerde landschap? |
212 |
Predatoren krijgen de schuld: Ze gaan daarbij voor het gemak voorbij aan de werkelijke oorzaak van de achteruitgang, namelijk de industrialisatie en vergiftiging van het agrarische landschap in de afgelopen eeuw (…). |
215 |
Zo’n herstel heeft zelden iets van doen met de voorgestelde reddingsmaatregelen, maar dat hoef je natuurlijk niet aan de grote klok te hangen. Een beetje uitgekookte natuurbeschermer (…) plooit het zo dat elk flintertje herstel op zijn conto komt (…). Zelffelicitatie is in die kringen geïnstitutionaliseerd (…). |
217 - 218 |
Het merkwaardige fenomeen doet zich voor dat mensen en organisaties er geen been in zien om natuurgebieden daadkrachtig met zwaar materieel kapot te maken maar als door een adder gebeten beginnen te piepen zodra iemand daarover een vingertje naar ze uitsteekt. (…) zoals Frits van Beusekom (…). |
219 |
Waar de wereld voor eventjes te klein is als een wespendief de kans loopt tegen het rotorblad van een nog niet gebouwde windturbine aan te vliegen (…), hebben Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten alleen al in mijn kleine werkgebied in West-Drenthe de afgelopen jaren 14 nestplekken van en het omliggende leefgebied laten vellen. |
220 |
Het betoog van Job Vis, voormalig bosbeheerder bij Staatsbosbeheer, met als slotsom ‘Het is duidelijk dat partijen niet bij elkaar komen’ is de spijker op de kop. Ideologisch gedreven verwoesting van bestaande natuur is de maat der dingen geworden. (…) Job Vis wil het woord ‘misdadig’ niet in de mond nemen, maar waarom eigenlijk niet, het dekt de lading perfect. |
220 |
Vandaar ook mijn idee: geen cent meer naar de natuurherstellende clubs, want uiteindelijk is alle gekte in die kringen gebaseerd op subsidies. Stop de geldstroom en het houdt vanzelf op. Want reken maar dat ze niet zelf de handen uit de mouwen gaan steken, als vrijwilliger, op handkracht. |
220 |
Het betoog van Job Vis (…) met als slotsom ‘Het is duidelijk dat de partijen niet bij elkaar komen’ is de spijker op zijn kop. Ideologisch gedreven verwoesting van bestaande natuur is de maat der dingen geworden. |
230 |
De versnelde verdichting van het padennet na het jaar 2000 viel niet geheel toevallig samen met de omvorming tot Nationaal Park. |
237 |
over (het gemis aan) boswachters in de natuur tijdens 650 dagen waarnemen in West Drenthe): In dat tijdvak zag ik af en toe een groene jongen in het wild, zij het meestal in ingeblikte vorm (…). |
247 |
over verkeersslachtoffers: (op de Veluwe in 2007, …) bijna 700 zwijnen, 500 reeën en een kleine honderd eldelherten (…). (jaarlijks in Europa; …) 194 miljoen vogels en 22 miljoen zoogdieren (…). |
248 |
over verkeersslachtoffers op fietspaden: (…) een verdubbeling van het aantal fietsers resulteert in een verdubbeling van het aantal gedode hazelwormen. |
250 |
De aanleg van fietspaden van beton is de slechtst denkbare optie als het erom gaat ectotherme dieren als hazelwormen (en zandhagedissen; JE) zoveel mogelijk te vrijwaren van een voortijdige dood.
|
251 |
(…) Je zou zelfs kunnen zeggen: de beste manier om de sterfte onder hazelwormen op te krikken is (…) het omzetten van fietspaden tot betonpaden en het bevorderen van fietsverkeer. (…) In de Noord-Hollandse duinen weten de zandhagedissen daarover mee te spreken. |
252 |
over het gebrek aan toezicht en handhaving in de natuur: |
255 |
over zwerfafval in natuurgebieden: Niet prullenbakken plaatsen en de medewerkers het veld in sturen, maar die laatsten adviseren om de cursus ’50 plus, omgaan met verwachtingen’ te volgen. (…) een opmaat voor ontslag bij de zoveelste reorganisatie, maar dan verwoord in managerstaal. |
257 – 258 |
over de toename van het aantal honden na de omvorming tot Nationaal Park die gepaard ging aan aanleg van een uitlaatzone en een parkeerterreintje: Opeens kwam ik niet alleen de lokale hondenbezitters tegen, maar ook vreemd volk (…). Niet veel later kwamen daar de hondenuitlaatservices bij. (…) In delen waar honden nog steeds aan de lijn moesten, steeg het aantal loslopers na de klantvriendelijke acties van de parkbeheerders van rond de 70% naar rond de 85%. |
258 – 259 |
(…) in de meeste gevallen vinden hondenbezitters dat hun hond recht heeft op loslopen in Gods vrije natuur; daar is die natuur toch voor! Ook indien aangesproken op het gedrag van hun hond blijven hondenbezitters bij de stelling dat loslopende honden geen kwaad kunnen. (…) De praktijk is anders. Honden rossen als gekken in het bos zodra ze een spoor oppikken (…). |
260 |
Voeg daar aan toe de lompe manier waarop de natuurbeheerders zelf met het gebied omgaan, en dan wordt het nog moeilijker aan mensen te verkopen dat ze zich netjes moeten gedragen in het terrein. De reactie is als snel: ‘Ik op het pad blijven en hond aan de lijn, terwijl Natuurmonumenten met zware machines achter het bordje ‘Kwetsbare natuur, verboden toegang’ het gebied laat kapot maken?’ |
274 |
de natuur in Nederland bestaat uit marginale snippers, die worden overlopen door menselijke activiteiten, maar: (…) maar snippers kunnen aantrekkelijke woonplaatsen zijn voor organismen die elders (…) geen leefgebied meer vinden. Dus zò geringschattend wil ik niet doen over onze natuurgebieden. Maar de onwaarschijnlijke hoeveelheid geld die in Nederland aan absurde beheersmaatregelen wordt weggegooid staat in geen verhouding tot de zin ervan. |
275 |
Dat de beheerders herstellen wat de mens kapot heeft gemaakt, is een gotspe. Want dat herstel is net zo goed kapotmaken. |
281 |
In de lijst van succesvolle projecten in ‘Wild Hope’ (van A. Balmford; JE) pronkte pontificaal ook de Oostvaardersplassen (…). Uhhh, succesvol? Dat leek me sterk. Ik ken dat gebiedje uit eigen ervaring, immers met tussenpozen driemaal in vijftien jaar op broedvogels gekarteerd (…). Over de hele linie zijner in het buitenkaadse gebied sterke afnames onder de broedvogels opgetreden. (…) een leegloop van betekenis. Ik ken geen gebied in Nederland met zulke structurele afnames on zo’n korte tijd. (…) En voor wie denkt dat het moeras (…) – immers het kroonjuweel van dit natuurgebied – hosanna rechtvaardigt, zij erop gewezen dat de zaken er daar evenmin rooskleurig voor staan. |
296 – 297 |
over beheerders die weinig laten merken van een wetenschappelijke aanpak, maar zich laten leiden door nostalgie; en over Engelse literatuur, waarin wetenschappers de beschikbare literatuur kritisch doornemen en zo duidelijk laten zien welke ingrepen gunstig en welke ongunstig uitpakken: Een titanenklus, gratis van het internet te halen (…). Bekijk hun website ( www.conservationevidence.com en volg hun vrij toegankelijke online tijdschrift ‘Conservation Evidence’. |
300 |
als zich een gunstige ontwikkeling voordoet (nachtzwaluw neemt toe), dan claimt de beheerder dat als behaald resultaat, maar: Kijk verder dan het eigen gebied. (…) Immers, als nachtzwaluwen overal toenemen (en dat doen ze tegenwoordig),zou het kunnen dat de toename wordt gedreven door andere zaken dan de lokale gebiedsingreep. Ik noem maar wat: aantrekkende regenval in het overwinteringsgebied (…). |