Joona Linna 10 - Nacht - Lars Kepler

Kepler haalt alles uit de kast
Geforceerd einde, maar verder weer behoorlijk spannend
Nacht is het tiende deel in hun serie rond rechercheur Joona Linna en het schrijversechtpaar Lars Kepler heeft zich kennelijk voorgenomen om dan nu ook maar meteen alles uit de kast te halen aan plastisch beschreven wreedheden. ‘Ik word er misselijk van,’ verzucht een van de personages tegen het einde van het boek, als Joona haar vertelt wat er allemaal gebeurd is. En datzelfde zullen mogelijk ook sommige lezers verzuchten. Wie niet goed kan tegen gedetailleerde beschrijvingen van de meest gruwelijke en bloederige moorden kan misschien beter dit boek links laten liggen. Hoewel, dat zou ook best wel jammer zijn, want Kepler is weer goed op dreef en maakt er een verhaal van dat je van begin tot einde meesleept.
Over de auteurs
De naam Lars Kepler is het pseudoniem van het Zweedse schrijversechtpaar Alexander Ahndoril en zijn vrouw Alexandra Ahndoril-Coelho. In 2009 debuteerden zij met de thriller Hypnose. Zij kozen voor de naam Lars als eerbewijs aan de overleden thrillerschrijver Stieg Larsson en voor de achternaam Kepler uit bewondering voor de natuurkundige en astronoom Johannes Kepler (1571-1630). Zij hebben inmiddels tien delen in hun reeks rond rechercheur Joona Linna op hun naam staan. Onder het pseudoniem ‘Lars Kepler schrijft als Alex Ahndoril‘ schreven zij inmiddels ook twee delen in hun Sleutelserie, rond privédetective Julia Stark.
Onschuldig
Ze zijn weer goed op dreef, de Ahndorilletjes, alias Lars Kepler. Het begint ogenschijnlijk onschuldig: een patrouillerende politieauto krijgt van de meldkamer het verzoek om even te gaan kijken in een vanwege de winter gesloten caravanpark omdat daar volgens een getuige in een van de caravans licht brandt. Zal wel een dakloze zijn die probeert te ontsnappen aan de meedogenloze decemberkou, nemen de twee agenten in de auto aan. Maar wat zij daarna aantreffen blijkt heel wat gruwelijker te zijn. Verspreid over alle kamers van het vakantieverblijf liggen overal losse, uiterst bloederige ledematen: hier een compleet been, met de sok er nog aan, daar een halve arm, elders een los hoofd en weer verderop een halve torso. En in het kleinste logeerkamertje treffen ze een jonge man die diep in slaap op de grond ligt, met een halve onderarm als hoofdkussen.
Slaapwandelen
Alle alarmbellen gaan rinkelen. De jongeman blijkt de 17-jarige Hugo Sand blijkt te zijn, zoon van Bernard Sand, de schrijver van een buitengewoon populaire serie romantische boeken. Hugo is verbijsterd: hij weet niets van een moord en is helemaal van slag als hij niet in zijn eigen bed, maar in een bloedbad ontwaakt. Volgens zijn vader en de latere bevestiging van zijn arts lijdt de jongen al sinds zijn zesde aan slaapwandelen waarbij hij soms lange afstanden aflegt.
Tweede moord
Al heel snel na de eerste moord een tweede, al even gruwelijke slachtpartij plaatsvindt, terwijl Hugo nog in hechtenis zit, moet de politie erkennen dat de jongen waarschijnlijk werkelijk onschuldig is. Vanaf dat moment volgen de moorden elkaar in hoog tempo op. Telkens druipt het bloed van de muren en liggen de ledematen overal verspreid.
Inspecteur Joona Linna, die we uit de eerdere delen al kennen als een eenzelvige man die zich weinig aantrekt van regeltjes en gebaande paden, heeft lange tijd geen idee in welke richting hij de dader moet zoeken. Dan komt hij op het idee om zijn vriend, de hypnosedeskundige Erik Maria Bark te vragen Hugo onder hypnose te brengen, om te zien of deze misschien in zijn onderbewuste tijdens het slaapwandelen iets van de moordenaar gezien heeft.
Blond haar
De hypnosesessies vragen veel van de emotioneel labiele jongen, maar beetje bij beetje beginnen zich toch details af te tekenen: een vrouw met lang blond haar, een glanzende jas, een bijl, maar ook een rammelende skeletman en voorwerpen uit Hugo’s ouderlijk huis komen in zijn hypnotische staat naar boven. Het is aan Joona om in die warboel een patroon te vinden. Duidelijk is inmiddels al wel dat de dader, die ondertussen al elf mensen om zeep geholpen heeft (onder wie twee agenten en twee vermoedelijk toevallige getuigen), het steeds voorzien heeft op mensen die overspelig waren of leken te zijn en kinderen hadden die door ziekte extra zorg behoefden.
Verkeerde been
Slinks weet Kepler een paar maal de lezer op het verkeerde been te zetten en de vermoedens te laten uitgaan naar iemand die vervolgens volkomen onschuldig blijkt te zijn. Maar dan vallen in Linna’s analytische geest opeens alle puzzelstukjes op hun plek en volgt een zinderende finale. Terwijl een afschuwelijke sneeuwstorm over Zweden raast, weet de politieman in een race tegen de klok de dader te vinden. Klein tipje van de sluier: het is iemand van wie je het het allerminst verwacht en als lezer blijf je toch een beetje zitten met het frustrerende gevoel: dit kan helemaal niet. Maar dan heb je al een flink aantal uren op het puntje van je stoel meegeleefd met de angsten en zorgen van Hugo en alle anderen om hem heen.
Sonja de Jong
Lars Kepler – Nacht. Oorspronkelijk verschenen in 2025 onder de titel Sömngångaren, bij Albert Bonniers Förlag, Stockholm. Uit het Zweeds vertaald door Edith Sybesma. Cargo, ISBN 978 94 031 3374 4, 529 pagina’s, € 24,99, maart 2025.
