Het verdwijnen van Ferdi Heijen - Max Hermens
Sociologisch portret van een dorpsgemeenschap
Hoe een dorp naar de knoppen gaat
Vooropgesteld: alles wat debutant Max Hermens in zijn debuut Het verdwijnen van Ferdi Heijen als decor voor zijn verhaal gebruikt, is ongetwijfeld waar. Maar hij haalt er letterlijk álle ellende waar een klein dorp tegenwoordig mee geconfronteerd wordt bij. En al laat Hermens zien dat hij weet hoe hij een verhaal moet vertellen, het is alles bij elkaar net een tikje te veel. Neemt niet weg dat zijn roman toch wel het lezen waard is.
Over de auteur
Max Hermens (1991) is schrijver en docent Creative Writing. Hij publiceerde werk in diverse literaire tijdschriften. Het verdwijnen van Ferdi Heijen is zijn debuutroman.
Boerengehucht
Het leven in een klein boerengehucht is niet makkelijk, dat is een ding wat zeker is. Dat geldt ook voor het (fictieve) gehucht in Limburg dat Hermens schetst. Families die generaties lang als kleine varkensboeren konden overleven, zijn nu uit de markt geprijsd door schaalvergroting. Alleen Varkens Bart is nog over. Hij bezit megastallen. Grond heeft hij niet en dus pacht hij de grond van de uitgekochte keuterboeren om hem heen om er mais voor zijn varkens op te verbouwen. Hij put de bodem uit en verkast telkens bijtijds naar het terrein van een andere boer die het pachtgeld hard nodig heeft.
Illegaal
De meeste mensen in het dorp hebben nog geen nagel om aan hun gat te krabben. Ze wonen in verwaarloosde boerderijen of in een caravan die illegaal in een schuur gestald staat, ze houden de gordijnen stijf dicht om maar niet betrapt te worden. En ergens tussen de mais is in het geniep een immense wietplantage. De jeugd van het dorp zwerft rond, twaalfjarigen drinken in een zuipkeet biertjes. En jatten overal alles wat los en vast zit. Die ene jongen die na de zomervakantie naar de havo in de naburige stad mag, wordt met trots bekeken. Polen komen elk seizoen voor een hongerloon het werk opknappen.
Losse handjes
In die weinig opbeurende omgeving groeit ook de twaalfjarige Ferdi Heijen op. Van een moeder is geen sprake, zijn twee oudere broers zijn al regelmatig met de politie in aanraking gekomen, zijn vader heeft losse handjes. Sinds Ferdi halverwege groep acht van school getrapt is, nadat hij er een zelfgemaakte bom heeft laten ontploffen, rijdt hij op zijn skelter die hij zelf voorzien heeft van een solexmotortje en een afdakje, doelloos rond. En op een dag is hij opeens verdwenen. Beetje bij beetje verhaalt Hermens, door in korte hoofdstukken de dorpsgenoten beurtelings aan het woord te laten, wat er die dag gebeurd is.
Problemen
Allemaal zijn ze eigenlijk meer bezig met zichzelf en hun eigen problemen dan met dat joch op zijn skelter. Het lijkt niemand echt te interesseren wat er met hem gebeurd is. Zelfs de maatschappelijk werkster die op hem afgestuurd is omdat hij al maanden geen school meer bezoekt, is meer bezig met de regeltjes - een gesprek met de jongere mag hooguit een kwartier kosten en daarna een kwartier om alles vast te leggen in een dossier - dan met wat er mogelijk met die jongen gebeurd is.
Het verdwijnen van Ferdi Heijen is geen thrillerachtig verhaal. De verdwijning is slechts de motor die het verhaal op gang brengt, maar van een helder begin of eind is geen sprake. Zelfs de vraag wat er nu precies met het joch gebeurd is, blijft ter beantwoording aan de lezer. Eerder is dit boek een sociologisch, gitzwart portret van een dorp in droevig verval.
Sonja de Jong
Max Hermens – Het verdwijnen van Ferdi Heijen. Ambo/Anthos, ISBN 978 90 263 6237 8, 200 pagina’s. € 22,99, juni 2024