Dodelijke gelijkenis - Gauke Andriesse
Sterk begin trilogie rond moorden misbreukzaak psychiatrische inrichting
Rechercheur Leo Boorman is de spin in het web die nimmer verzaakt
Leo Boorman is rechercheur Moordzaken van het Police Department Baltimore (PDB). Hij wordt in korte tijd geconfronteerd met twee zwaar verminkte slachtoffers. Net nadat hij getuige is geweest in de Sing Sing-gevangenis in New York van een door zijn speurwerk ter dood veroordeelde op de elektrische stoel.
Het eerste slachtoffer is dokter Walter Cormier die in het Maryland Asylum for the Isane in de operatieruimte wordt aangetroffen. Geneesheer-directeur Bermonzi van het John Hopkins Hospital vertelt dat Cormier de specialist is op het gebied van lobotomie. Hij is het slachtoffer geworden van een opzettelijk verkeerd uitgevoerde lobotomie, waarbij de verbinding tussen het voorste deel van de hersenen, de zogenaamde frontaalkwab en de achterliggende hersenen wordt doorgesneden. Daardoor verdwijnen stoornissen die vaak voorkomen bij psychiatrische patiënten. Aanvankelijk is het ook ingezet voor epilepsie, maar het blijkt ook verbluffende resultaten op te leveren bij manieën, depressies, dwangstoornissen, angsten en tal van andere klachten die het leven van dat soort patiënten draaglijk maakt. Een soortgelijke behandeling heeft Cormier ook gehad, maar op bijzonder wrede wijze. De wondjes in de oogkassen en de bloeduitstortingen wijzen daarop. De hersenen zijn ernstig beschadigd.
Onsamenhangende klanken
Bermonzi is bang dat Cormier die nog leeft hem niet veel meer zal kunnen vertellen. En dat blijkt het geval. Onsamenhangende klanken en kwijl langs zijn mond zijn het bewijs. Boorman komt daarmee niet verder. De dader is onbekend. Wel vinden ze in het Asylum op de schoot van Cormier een polaroidfotootje van een dichtbij gefotografeerd kruis, zonder grafsteen, met daarop de naam Eleanor Evans 14-03-1940 – 18-12-1960.
De dader heeft een tweede slachtoffer gemaakt. Het is hoofdzuster Schrier van het Asylum die een injectie krijgt als ze op het bed in haar slaapkamer ligt met haar uniform aan. Keurig gestreken blouse en rok, hoge kousen en schoenen waarvan de hakken in de quilt drukken. Haar polsen en enkels zijn vastgemaakt aan het ijzeren bedframe. Een man die bij na onbewogen in een fauteuil in de woonkamer zit, begint met het opzuigen van de eerste en tweede ampul als hij de bovenkant ervan heeft afgebroken. Wanneer hij de naald in haar bovenarm heeft gestoken en langzaam de injectiespuit vier keer in haar arm zijn werk laat doen, zijn de stuiptrekkingen maar licht. Ze doet wanhopige pogingen om wakker te worden, maar dan sluiten haar ogen langzaam. Als gevolg van insuline, dat al snel dodelijk is. Dan doet hij een voorzichtige lobotomie, zet de punt van het mes op haar voorhoofd, vlak onder de haargrens. En drukt het mes de hoofdhuid en het vet eronder, tot op het bot en dan het mes naar beneden tot de neusbrug. Het bloed loopt langs haar gezicht naar beneden. Tot er druppels op het bed vallen. In zijn hand maakt hij dezelfde wond die hij eerder maakte op zijn arm na Cormier, parallel aan dezelfde aan die eerdere inkeping. In de gang doet hij zijn masker af en opent de voordeur. Als hij wegloopt overheerst er geen gevoel van superioriteit, geen hoge staat van bewustzijn. Voelt doffe pijn en het gevoel van angst dat de weg die hij moet gaan tot aan het einde, als het is volbracht, geen verlossing zal brengen. Dat is zo onverdraaglijk dat hij zijn hoofd heen en weer schudt en met een wijd open mond grauwt naar zijn spiegelbeeld in de voorruit van zijn auto. De overbuurvrouw meldt de politie dat ze een man naar binnen heeft zien gaan bij Schrier, maar ze krijgt als verstokte vrijgezel nooit bezoek van mannen. Leo Boorman vindt het vreemd dat de hoofdverpleegster pas veel later is gestorven of heeft de dader haar pas later vermoord, wat heeft hij al die tijd gedaan dat hij binnen is geweest?
Over de auteur
Gauke Andriesse (Bloemendaal, 1959) is de bekroonde auteur van zeven thrillers, die hij deels onder zijn eigen naam en deels onder het pseudoniem van Felix Weber schreef. Maar liefst vier daarvan werden genomineerd voor de Gouden Strop en twee sleepten de prijs in de wacht. Dodelijke gelijkenis is het eerste deel in een trilogie rondom rechercheur Leo Boorman.
Collega Harding, die hem vraagt hoe het met zijn vriendin Eelin is, vertelt hem vanuit zijn rolstoel hem dat ze weten wie Eleanor Evans is. Ze is behandeld in een andere psychiatrische instelling, het Friends Hospital in Philadelphia. Boorman gaat ernaar toe in de limousine van Harding met chauffeur Joseph (Harding komt van een rijke familie). Eleanor was een voorbeeldige patiënt en boetseerde veel, vertelt de hoogbejaarde geneesheer-directeur met een sikje, professor Edgerton. Als Boorman de polaroidfoto neerlegt en de betrokkenheid uitlegt vertelt de prof dat de lobotomie die de vermoorde dokter Cormier bij haar heeft toegepast, beter niet had kunnen gebeuren.
Kasplantje
Hij heeft het de familie ook afgeraden. Na de ingreep is ze nog maar een kasplantje terwijl ze daarvoor veel beter was. Al waren er ook perioden waarin er sprake was van wanen, paranoia, hallucinaties en onsamenhangend gedrag. Uiteindelijk heeft de broer Anthony haar omgebracht en daarna zichzelf. Edgerton laat beeldjes zien die Eleanor heeft gemaakt. Ze had er talent voor. ‘Een gevoel voor schoonheid dat zeker niet is uitgeblust. Die Eleanor waren we aan het terugbrengen stapje voor stapje om haar zo weer de overhand te laten krijgen. Helaas heeft dat niet zo mogen zijn.’
De moord op Cormier lijkt op een wraakactie. Heeft Edgerton enig idee wie dat kan zijn geweest? Nee. Eleanor is wel met een insulineshocktherapie behandeld en meerdere keren in coma gebracht maar het leverde niet het gehoopte resultaat op. Hij hoopt dat de rijke familie Harding een gift kan doen, de overheid financiert gewone dingen, maar niet extra activiteiten zoals het schilderen, tekenen en kleien, waar de patiënten vol overgave mee bezig zijn.
Ook de ouders van Eleanor en Anthony die ze in Camden, New Jersey opzoeken, hebben geen idee wie de dader kan zijn van de verminking van de dokter. Ze denken dat hij een slachtoffer is van wraak. Hun zoon heeft geprobeerd verhaal bij hem te halen. De vader zegt dat hem dat niet meer interesseert. Ze hebben hun twee kinderen verloren ‘en daar zullen we mee moeten leven. Ze waren beide heel sterk. Anthony was drie jaar ouder en van kleins af aan heeft hij altijd voor zijn jongere zusje gezorgd.’ Hun moeder laat een foto zien waar ze beiden op staan, Eleanor vijftien en Anthony achttien. Ze kunnen zien hoe gelukkig ze zijn. Dat was voordat Eleanor ziek werd. ‘Er moet haar iets zijn overkomen, daarvoor was ze gewoon een gelukkig kind. Ik vraag me nog steeds af…’ Haar man vindt het genoeg en zegt dat het gesprek voorbij is. Boorman vraagt nog of ze vrienden of vriendinnen heeft waarvan de ouders vinden dat ze die moeten benaderen, maar er komt geen antwoord en ze gaan terug naar Baltimore.
Klein Polen
In de wijk met Poolse emigranten ‘Klein Polen’ bezoekt hij met zijn Poolse collega Cesnk John Czarnecki, die in het Mary Asylum heeft gewerkt, en op zijn veranda zit. Hij was thuis in de nacht van dinsdag op woensdag zegt hij. Uiteraard kent hij hoofdzuster Elizabeth Schrier: ‘Ze speelt daar de baas alsof ze God zelf is,’ zegt hij. Hoezo? Dan vertelt Leo Boorman dat ze dood is, vermoord. Czarnecki reageert alsof hij geweldig nieuws heeft gekregen. Zijn vrouw bevestigt onder zijn dwang dat hij toen thuis was. Op de terugweg zegt Cesnik dat hij niet denkt dat Czarnecki het heeft gedaan. ‘Zijn blijdschap leek me niet gespeeld.’ Als ze denken dat de moord gedaan is door een gestoorde dan is dat lastig, want die zit opgesloten.
In het Asylum vertelt Boorman geneesheer-directeur Bermonzi dat hij een huiszoekingsbevel heeft. Hij doorzoekt de kamer van Cormier, maar vindt niets bijzonders. Wel heel veel informatie en promotie van de farmaceutische industrie. Zoeken in de patiëntendossiers – die vertrouwelijk zijn – zou, zelfs als hij toestemming zou hebben, zoeken zijn naar een speld in een hooiberg. Eenmaal thuis wordt hij gebeld door zijn vijf jaar oudere zus die met een tandarts woont in een dorpje, iets buiten San Francisco en bezorgd is dat hij onvoldoende eet. De kern van het probleem zegt ze tegen Leo, is dat hij niet van zichzelf houdt. Als ze zijn horoscoop wil opsturen (waarin grote veranderingen op tilt zijn, op wereldniveau) vraagt hij haar die niet toe te sturen.
Na de lobotomie op Walter Comier, de insulineshocktherapie op hoofdzuster Schrier valt er een derde slachtoffer, die zich in het Asylum gedroeg als een arts en vaak erg wreed was: John Carnecki, die Boorman onlangs nog bezocht met zijn uit Polen afkomstige collega Celnik. Carnecki wordt gevonden in een badkuip in het afgelegen huis van rechter Thomas. Hij heeft een elektroshock via twee accu’s gehad in de badkuip en was aan zijn armen geboeid. De elektrische haardroger in het bad maakte de shock compleet. De prop in zijn mond verborg dat hij zijn tong bijna had opgegeten. Boormans baas Bullock wil koste wat het kost dat niet uitkomt waar de plaats delict is. De rechter eist het van hem. Hij is een schuinsmarcheerder en ontvangt zijn minnaressen in zijn jacht. Niet voor niets ziet Leo vanuit de badkamer dat Thomas en zijn vrouw aparte slaapkamers hebben.
Smeerkuil
In The Baltimore Sun staat een artikel over de moord op de personeelsleden van het Asylum. Leo Boorman is blij dat de locatie van Carnecki – het huis van rechter Thomas – niet genoemd is door de verslaggever. Geneesheer-directeur Bermonzi is vergeefs om een reactie gevraagd.
Kort daarop vindt priester Joseph Hoskins het lichaam in de smeerkuil van de garage waar zijn auto staat geparkeerd boven de put. Hij moet naar school want hij is decaan van de Archbishop Keough High School, zegt hij maar Boorman wil hem nog nader ondervragen. Als hij de auto naar achteren rijdt, herkent hij in de smeerkuil tot zijn afschuw rechter Thomas. ’Ze hebben in hem gehakt,’ zegt de monteur van de garage. ’In zijn kruis, dat is helemaal weg.’ De moordenaar heeft een buikriem om zijn omvangrijke buik gedaan omdat hij anders niet bij het geslacht kan komen. Met een spiegel kan Thomas zo zelf zien hoe de moordenaar zijn edele delen wegsnijdt. Welke therapie is er nu toegepast na de lobotomie, insuline- en warmwater/elektroshocktherapie? is de vraag. Hopkins vertelt dat Thomas en zijn vrouw trouwe bezoekers zijn van de zondagochtenddienst in Saint-Matthews. ‘Als priester ga ik voor bij die dienst. Ik ken rechter Thomas overigens ook uit hoofde van mijn functie voor de Baltimore Circular Court.’ Op het lichaam van rechter Thomas vindt Leo een bijtwond die hem doet denken aan de verkrachting van Adriana Altberg in het Asylum. Hij heeft gesproken met haar ouders. Hoe oud zou die bijtwond zijn, vraagt hij aan patholoog Colin Karpluk. Zeker een paar maanden oud schat hij, maar het is moeilijk om daar meer over te zeggen.
Leo vermoedt nu dat alle media op deze reeks moorden af zullen komen en zijn baas Bullock zal zich er steeds meer mee bemoeien. Tot aan de hoofdcommissaris en de burgemeester aan toe. Er zullen dikke, schreeuwende koppen in de kranten verschijnen, de radio- en tv-programma’s ermee openen. Zeker als ze horen dat het afgesneden geslacht van de rechter in het handschoenenkastje van de priester ligt als een hoopje bloederig, amorf hoopje vlees. Cesnik zegt dat het geen toeval is. Een rechter, een priester. ’Jij bent de baas, maar ga er maar vanuit dat vanaf nu iedereen in jouw nek hijgt.’ De twee krijgen onenigheid en Boorman vertrekt van het bureau, later biedt hij toch zijn excuses aan aan Celik.
Merkteken
Dan blijkt dat de directeur van het Asylum, Bermonzi, dood wordt gevonden in een wak te midden van het ijs in de vijver voor de kliniek. Er is een gat gezaagd en hij is in het gat verdronken of moedwillig onder water gehouden door de moordenaar en net als de anderen voorzien van het merkteken op zijn voorhoofd. Superieur Bullard haalt Boorman van het onderzoek af. Hij mag zijn rapport van die dag nog schrijven en er daarmee een punt achter zetten. Enerzijds is het een teleurstelling. Anderzijds geeft het hem de vrijheid de zaak verder rustig uit te zoeken en de moordenaar te vinden van Schrier, Carnecki, Thomas en Bermonzi. Ook weet hij dat drie meisjes betrokken zijn bij de zaak. Latonya Gaskins pleegde zelfmoord in de vijver. Eleanor Evans is behandeld in de kliniek en werd vermoord door haar broer en Adriana Altberg is mogelijk door de rechter (gezien de eetbijt in zijn been) verkracht door de rechter en zal waarschijnlijk nooit meer dezelfde zijn. Allen hebben bindingen met de Archbishop Keough High School, waar Hoskins de scepter zwaait. Asylum-patiënt Lorna Gooding moest daar zijn geslachtsdeel in haar mond nemen. Iets wat haar vader absoluut niet wil toegeven, maar haar moeder wel. Ze vertelt dat er een man was in de kliniek die zorgzaam voor Lorna was: conciërge Ruben Finkel, maar hij is een maand of drie geleden ontslagen. Boorman zoekt hem thuis op. Hij zet nu dieren op en is het bezit van scalpels en andere instrumenten die de moordenaar ook gebruikt heeft. Wat ook bijzonder is, is dat hij een masker aan de muur heeft hangen. Het is een primitief ogend ding, van bruin leer, rechthoekig, iets uitlopend naar de oren toe, met twee spleten voor de ogen. Dat is het zogenaamd kozakkenmasker vertelt Finkel. Kozakken dragen het in de winter om zich te paard te beschermen tegen extreme kou. Het masker lijkt op dat van de moordenaar…
Als de zaak zijn ontknoping nadert en Boorman door Bullard van de zaak is gehaald, is hij de enige die 99% zeker weet wie de dader is. Daar valt niet aan te ontkomen, maar hij zet daarmee zijn leven ook op het spel. De laatste verminking van de degene die het meest schuldig is aan deze ellende en die hij voorspelde wordt uitgevoerd en de dader is verdwenen met de noorderzon. Boorman vindt het wel goed zo. Er zullen ongetwijfeld koppen rollen op de recherche van het Police Department Baltimore (PDB) en Bullard opnieuw onderhouden door de hoofdcommissaris. Snel hoopt hij dat hij zijn schildje en pistool weer terugkrijgt en opnieuw aan het werk kan gaan als deze storm overgaat. Ook belangrijk voor ons lezers, want we willen graag dat de twee volgende delen weer net zo spannend en onderhoudend worden als Dodelijke gelijkenis. Met vrijwel zeker een hoofdrol voor rechercheur Leo Boorman.
Gauke Andriesse – Dodelijke gelijkenis, 398 pagina’s, ISBN 978 90 214 6410 7, uitgeverij Volt, € 22,99, september 2022