De Doorsons - Roline Redmond
Redmond overstijgt met haar boek standaard familierelaas
De auteur plaatst familiegeschiedenis in breder perspectief
Roline Redmond neemt ons mee op haar zoektocht naar de roots van de familie Doorson. Ze weet dat op een bijzondere manier te doen, waarbij ze veel historische achtergrondinformatie geeft die van onschatbare waarde is.
Het boek, De Doorsons, nodigt uit om door te blijven lezen, het maakt je steeds nieuwsgieriger naar Redmonds bevindingen, vooral haar ontmoeting met de nazaten van de vroegere plantagehouders. Ze heeft haar boek opgedragen aan de voormoeders: ‘Zij die ons hebben geleid door de donkere eeuwen van de diaspora.’ Zij geeft aan dat zij zich richt op de verwanten in de vrouwelijke lijn omdat ‘alleen van hen zeker is dat zij echte verwanten zijn’. Van slaafgemaakten werden destijds alleen voornamen genoteerd, ze waren tenslotte niets meer dan handelswaar.
De auteur plaatst deze familiegeschiedenis in een breder perspectief, dat van de trans-Atlantische slavenhandel. Het is niet alleen het verhaal van een Afro-Surinaamse familie, maar eveneens het verhaal van elke Afro-Amerikaanse familie van wie de voorouders vanuit Afrika naar Noord- of Zuid-Amerika en het Caribisch gebied zijn vervoerd. Redmond heeft zich bij het schrijven van haar boek laten inspireren door grote voorbeelden zoals Tony Morrison, Maya Angelou en andere zwarte auteurs uit de regio. Zij citeert in haar werk de Romeinse filosoof Seneca die al wees op de gelijkheid van mensen ongeacht afkomst, sociale status, macht of rijkdom.
Het Boek valt in vijf delen uiteen en in deel één wordt Redmonds motivatie om deze familiekroniek te schrijven uiteengezet. Ze gaat in op de laatste wens van haar oude moeder die haar eigenlijk twee opdrachten meegeeft: ten eerste haar familiegeschiedenis te schrijven en ten tweede een familierite, de Famirman Banya, te organiseren. In eerste instantie lijkt het schrijven van de geschiedenis het makkelijkste deel van de opdracht. De vervolgopdracht, het helingsritueel met alle familieleden, lijkt voor haar veel moeilijker te realiseren. Toch blijkt ook de eerste opdracht niet zo eenvoudig als zij zich had voorgesteld, omdat het een bijna onmogelijke opgave was om documenten en papieren te vinden die bewaard waren gebleven. Behalve het gehavende familieboekje van haar grootmoeder was er geen bronnenmateriaal. Na uitgebreid onderzoek in archieven in Suriname en in Nederland lukte het haar toch de herkomst van de familie in kaart te brengen. Ze kwamen uit Coronie, in het noordwesten van Suriname, van de plantage Sarah die in het bezit was van de familie Dessé.
Verrassend was de ontmoeting met de nazaten van deze plantage-eigenaar en slavenhouder in Utrecht, het gaf ook een dubbel gevoel. Het waren lieve mensen die zich nergens van bewust waren en zelf ook geen gemakkelijk leven hadden gehad. Via de nazaten van deze plantage-eigenaar werd haar vermoeden bevestigd: haar voormoeders waren hun eigendom geweest, te werk gesteld op de plantage Sarah. Een van de nazaten had namelijk nog oude, vergeelde en moeilijk leesbare documenten in zijn bezit waarvan de inkt doorgelopen was. Redmond ontdekte op de borderellen, lijsten met slavengegevens, eerst de naam Molly, daarna de namen Delia en Toussaint. Dit waren haar voorouders, de Doorsons!
Na de afschaffing van de slavernij en de verplichte tewerkstelling op de plantages tot 1873, verliet een deel van de familie het district Coronie op zoek naar een betere toekomst in Paramaribo. De leefomstandigheden op de modderige achtererven van de stad, die in de volksmond Fóto werd genoemd, waren niet rooskleurig. Uit de familiekroniek blijkt dat de slavernijperiode nog generaties lang heeft doorgewerkt. Het lot van vernedering, honger en armoede bleef de geëmancipeerden lange tijd achtervolgen. De Doorson-vrouwen lieten zich echter niet klein krijgen, het lukte ze met ijzeren discipline en hard werken hun kinderen een opleiding te laten volgen en de sociaaleconomische ladder te laten beklimmen.
Redmond slaagt erin om een treffend beeld te schetsen van deze, in feite, familie doorsnee. Zij schrijft niet alleen een goed verhaal, maar zij overstijgt met haar gedetailleerde en analytische beschrijving een standaard familierelaas. Zij heeft haar taak als griot, wat in West-Afrika betekent een waardige verteller van de stamgeschiedenis, op voortreffelijke wijze tot uitvoering gebracht.
Cynthia Abrahams
De auteur
Roline Redmond (Paramaribo, 1949) studeerde culturele antropologie. Zij promoveerde 1993 met het proefschrift Taal, macht en cultuur; Machtsverhoudingen in een Afro-Caribische roman. Zij publiceerde onder meer een boek over beeldvorming getiteld Zwarte mensen in kinderboeken (1980).
Roline Redmond – De Doorsons – Op zoek naar een Afro-Amerikaanse slavenfamilie in het Caribisch gebied, uitgeverij De Arbeiderspers, 424 pagina’s – ISBN 978 90 295 4365 1 – € 24, 99, juni 2021
Ik ben verrast door de inhoud van het boek. De naam van mijn familie komt er ook in voor. Beide families komen van de plantage Sarah en hebben elkaar waarschijnlijk gekend. Ik ben zelf ook afkomstig uit het district Coronie. Edmund Vriesde heb ik gekend. Wist niet dat hij een geboren Doorson was. Echter heeft hij niet verteld over zijn eigen politieke partij "OPC" (Oppositie Partij Coronie). Ik zie nog de affiches met zijn afbeelding op de huizen van de Coronianen. Het boek heeft mij van begin tot eind beziggehouden. Het heeft mij ook meer inzicht gegeven in mijn eigen familiegeschiedenis. Ik ben ok zoek gegaan en veel teruggevonden. Ik raad een ieder (en vooral met een surinaamse achtergrond) het boek te lezen. Het is meer dan de moeite waard.
K. Lamsberg