Dansen in het donker - René Appel
René Appel stelt de lezer niet teleur - Gezinsdrama met lager verteltempo
René Appel heeft ruim dertig titels op zijn naam staan, merendeels misdaadromans waarvoor hij tweemaal de Gouden Uil ontving. Hij weet hoe je een verhaal moet schrijven en boeiend te houden en laat dat opnieuw zien in Dansen in het donker. Geen misdaadverhaal dit keer, maar een gezinsdrama.
Dat gezin bestaat uit wiskundeleraar Andries, moeder Inge die bij de bibliotheek werkt en hun twee tienerzoons, Finn en Olaf. De roman begint op het moment dat moeder Inge haar man vertelt dat zij verliefd is geraakt op zijn collega, de Neerlandicus Erik en met hem verder wil. Andries, een zwijgzame man, pakt de gezinsauto voor een rit, rijdt zichzelf de Amstel in en verdrinkt. Het lijkt sterk op zelfmoord en Inge beëindigt uit schuldgevoel haar relatie met Erik. Al diens pogingen om hun verliefdheid weer op te rakelen weert zij af.
Deze gebeurtenissen worden beschreven vanuit de invalshoek van respectievelijk Inge, Erik, zoon Finn (18) en de jongste zoon (16 jaar) Olaf. De gedachten van Olaf en de oudere broer Finn worden weergegeven in dagboekachtige vorm, waarbij Olaf sweg taalgebruik hanteert en zich etaleert als een toffe dude die fokking verliefd is op Marly, een smatje waarmee hij kan shinen.
Finn daarentegen schrijft bedachtzaam over zijn toenadering tot de islam en lijkt zich in het geheel niet bewust te zijn van de crisis waarin zijn moeder verkeert, laat staan de oorzaak daarvan. Als Inge ontdekt dat haar zoon bezig is zich tot de islam te bekeren, haalt dat haar voor even uit de cocon van verdriet en schuldgevoel.
Geleidelijk aan neemt de spanning in het gezin toe als Finn de sjahada (geloofsbelijdenis) doet en aan de Ramadan begint. Olaf komt er geleidelijk achter wat er aan de hand was tussen Inge en Erik en heeft een confrontatie met de laatste.
Hoe de geschiedenis eindigt kan hier niet onthuld worden, maar René Appel stelt de lezer niet teleur.
Appel is in stilistisch opzicht nooit een literaire hoogvlieger geweest en heeft dat vermoedelijk ook niet willen zijn. Maar in deze roman slaagt hij er in om de hoofdpersonen elk in hun eigen idioom hun verhaal te laten vertellen, met het jongerendialect van Olaf als meest opvallende prestatie. Niet voor niets was hij taalgeleerde in zijn werkend bestaan! Ook Finn's behoefte aan een religie die op alle vragen een antwoord geeft en zijn gelovigen in een cocon van broederlijke sympathie wikkelt, wordt de lezer begrijpelijk gemaakt.
Een gezinsdrama als dit heeft van nature een veel langzamer tred dan misdaadverhalen. En dat lagere verhaaltempo met veel aandacht voor de gevoelens van de deelnemers weet Appel tot en met het slot goed vast te houden.
In Dansen in het donker bewijst René Appel dan ook dat hij een vakkundige dramaschrijver is.
Hans Vervoort
Deze recensie verscheen eerder op de website van Literair Nederland, 10 december 2018/
De auteur
René Appel (Hoogkarspel, 1945) behoort al vijfentwintig jaar tot de top van de Nederlandse misdaadauteurs. Hij won twee keer de Gouden Strop met De derde persoon en Zinloos geweld en werd talloze malen voor deze prijs genomineerd. In totaal heeft René Appel meer dan een half miljoen exemplaren van zijn boeken verkocht in Nederland en Vlaanderen. Sinds 2003 is hij fulltime schrijver.
René Appel – Dansen in het donker, 281 pagina’s, ISBN 978 90 263 34566 1, uitgeverij Ambo Anthos, € 20,99, oktober 2018