Brecht gaat voor recht - Marianne Vogel
Al te uitgebreide Berlijnthriller over de moord op hoofdrolspeler Dreigroschenoper en boegbeeld Spreetheater
Met veel inside-informatie over de jaren twintig en Bertolt Brecht (1898-1956)
Vijfde Berlijnse thriller van Marianne Vogel waarin de privédetectives Sofie Bank en Frits Arends die op vakantie zijn in Berlijn geconfronteerd worden met een moord op acteur Martin Bodenfeld. Hij speelt de hoofdrol in de Dreigroschenoper van Bertolt Brecht (‘Das Fressen und (dann) die Moral’). Een stuk uit de jaren twintig als de maffioze Mackie Messer en is vergiftigd met colchicine, een giftige plant, waarvan hij het gif heeft binnengekregen, maar het duurt nog een dag voordat hij sterft op een helse manier, vertelt zijn vrouw. Zij zag nog dat hij een slang is zijn mond kreeg voor vlak voordat hij zijn laatste adem uitblies.
Het stuk speelt in de jaren twintig in een communistisch milieu en de dreiging van het nationaal-socialisme. Brecht zelf is al in 1933 gevlucht uit Duitsland en komt via omzwervingen in de VS, waar hij vervolgd is wegens on-Amerikaanse activiteiten. In 1949 komt hij weer terug in Oost-Berlijn.
Van hun bazin Hadewieg van bureau Brill moeten Sofie en Frits onderzoeken wie de moordenaar is, omdat een zusje van haar actief is bij de Rederijkerskamer Concordia in Groningen. Die viert het 150-jarig bestaan en wil het stuk van Brecht een week na Berlijn uitvoeren. Contractueel mag het niet eerder. Ze hebben daarvoor 35.000 euro subsidie gehad die ze wel moeten verantwoorden, zegt Hadewieg. De Duitse actrice Friederike Moetapele noemt de Groningers ‘amateurs’. Voorzitter Gert Kerssenboom duikt op en frist zijn relatie met Friederike op na een heftig liefdevolle verzoening in bed.
Is Martins vrouw Esther een mogelijke dader? Ze was in het bezit van een pistool. Of toch een van de acteurs die jaloers waren op de befaamde acteur. Zoals Sofie en Frits horen in de kantine, dat mogelijke daders Claus Simon of de nog bekendere acteur Egon Bäcker zouden kunnen zijn Alles is mogelijk. Intendant Ben Westermann maakt ook geen aardige indruk. Arrogant als hij is en ook niet aardig tegen zijn dochter Pauli, die helpt in de toneelkantine. Dat was hij vroeger al niet toen hij haar in de kast stopte om haar af te straffen. Hij wil koste wat het koste dat het toneelstuk doorgaat ondanks de dood van zijn hoofdrolspeler, maar hoe denkt hij dat op te kunnen lossen? Heeft hij al een kant en klare vervanger die de rol op zich kan nemen, is de vraag. Pauli neemt wraak op Westermann door hem met een barse, vervormde stem te bellen en te chanteren met voor de Belastingdienst geheimgehouden bankrekeningen en eist van hem 300.000 euro voor vrijdag, een dag voor de uitvoering van de Dreigroschenoper, anders geeft ze hem aan bij de Belastingdienst. Een paar seconden later pingt zijn telefoon en laat het beeld zien van de geheime bankrekeningen. Westermann weet de chanteuse de eerste keer beet te nemen door in zijn tas proppen met papier te stoppen in plaats van echt geld. De tweede keer komt hij er niet zo makkelijk vanaf.
De auteur
Marianne Vogel (Rotterdam, 1058) is persoonlijk coach en literatuurwetenschapper. Ze heeft jaren in Duitsland gewerkt. Deze vijfde Berlijnthriller rond het originele speurdersduo Bank en Arends is net als haar eerdere thrillers gebaseerd op ware gebeurtenissen.
Ondertussen speelt ook een rol dat Sofie’s vader inlichtingenwerk heeft gedaan voor de Stasi waarbij twee doden zijn gevallen. Dat vertelt Dietmar, de codenaam van Boris Schenk die bij de Stasi werkte, wanneer Sofie en Frits hem spreken. Haar vader heeft een West-Berlijnse vrouw verraden die mensen in de DDR hielp naar Duitsland te vluchten. Daardoor kon de Stasi een netwerk oprollen en een vluchteling aanhouden, Richard Koritt, die in de gevangenis gestorven is. Sofie kan er verder niet zo veel mee, maar haar broer Bernd is directeur van een internationaal cruise-concern met een Duitse tak in Rostock en zal niet willen dat de daden van hun vader bekend worden. Wellicht heeft hij daar ‘een kleine vergoeding voor over?’ zegt Schenk. Hij weet dat Bernd anders zijn baan zal verliezen. Hij wil hen op donderdag terugzien op dezelfde plaats en houdt hen onder druk.
Ze spreken af met inspecteur Karl Pankowitz met zijn omvangrijke witte snor en wisselen uit wat reeds bekend is en wat nog moet worden onderzocht. Hij lijkt hen serieus te nemen. Ze worden door hem begroet als mevrouw Bank en meneer Arends. Nadat ze de zaak met hem hebben doorgenomen, ontdekken ze enige tijd later dat actrice Friederike Moetapele de mogelijke moordenares kan zijn van Martin Bodenfeld op wie ze hevig verliefd was. Haar ooms jichtpillen bevatten colchicine en een vriendin heeft een tuin waarin tal van giftige planten staan waaronder herfsttij. Bovendien trok ze bewust een stoel weg waarop de nieuwe hoofdrolspeler Claus Simon plaats wilde nemen en onderuitging. Pankowitz laat haar direct arresteren. ‘Goed gedaan Friederike,’ zegt Claus Simon, ’dat stuk ongeluk van een Martin had het echt verdiend!’ Wanneer een in bivakmuts gehulde man plotseling het theater binnenvalt, gaan Sofie en Frits twijfelen of Friederike wel de moordenares is, maar zij zit inmiddels al op het politiebureau. Nog geen dag later wordt ze vrijgelaten wegens gebrek aan bewijs. Het wordt gevierd door de acteurs in de kantine.
Ondertussen is aan het beeld van Brecht voor het theater voor de tweede keer een papier geplakt waarin hij in diskrediet wordt gebracht. De eerste keer over hoe belangrijk het ego voor Brecht een rol speelde. Hij was de grote man, hij verzuimde te noemen dat Elisabeth Hauptmann het stuk van de Dreigroschenoper uit het Engels had vertaald en het stuk had bewerkt. Dat zegt actrice Lotte Lenya. Ze waren allemaal in 1933 voor Hitler gevlucht naar het buitenland. Lotte hield zich in leven door liederen te zingen in Amerika met teksten van Brecht op muziek van haar man Kurt Weil. Brecht liet alles regelen door zijn vrouw Helene Weigel, die zelf een feeks was. Op het tweede papier worden Brechts seksuele escapades uit de doeken gedaan door Lotte Lenya, oftewel Brechts harem.. Hij had zelfs schaamteloos de dichter François Villon geplagieerd. Brecht speelde met vrouwen, zoals Martin dat ook deed in het theater.
Esther, de weduwe van de vermoorde acteur Martin, roept allerlei beschuldigingen over acteurs die hem gedood zouden hebben zoals Egon, maar zijn dochter Tania noemt het onzin. Esther beweert ook dat zij de twee pamfletten tegen Brecht die bevestigd zijn aan het beeld zou hebben geschreven. Ook dat is volgens Tania onmogelijk, ze is dyslectisch. Tania vertelt dat haar grootmoeder Käthe zonder vergoeding door Brecht in zijn toneelstukken speelde. Ze blijkt naar bed te zijn geweest en Martin kan dus zelfs een kleinzoon zijn van Brecht. Haar man Fritz was daarom heel kwaad op Brecht, woedend omdat ze zwanger was door hem. Niettemin hoopt Ben Westermann te scoren met de onbekende ballade van Brecht die voor het eerst te beluisteren is in de Dreigroschenoper. Zou deze werkelijk ontdekt zijn?
Ondertussen krijgen Sofie en Frits dreigementen vanwege hun onderzoek dreigementen als : ’Das nächtste mal überleben Sie es nicht/De volgende keer overleeft u het niet’ en de dag ervoor: ‘Bemoeit u zich niet met onze zaken. Verdwijn voordat het te laat is.’ Wie zit hierachter?
De insluiper in het theater maakt de boel onrustig, Sofie betrapt hem als hij buiten het Spreetheater de broek van het beeld van Brecht probeert groen te schilderen. Ze achtervolgt hem tot ze beiden in het water raken. Met hulp van een bewoner die Sofie een touw aanreikt kan ze op de kade klimmen. De verfspuiter wordt later dood gevonden in het water. Het blijkt de jonge regisseur Ivo Voss te zijn, de vriend van Pauli. Die volledig is ingestort en verklaard heeft dat Ivo de papieren over Brecht heeft geschreven. Als de Berlijnse roddelpers schrijft dat de dochter van de intendant hierbij is betrokken, breekt de pleuris uit.
Steeds nauwer worden Sofie en Frits betrokken bij de moord op Martin en Walter en informeren inspecteur Pankowitz wat er werkelijk gebeurd is. Toch had het hele verhaal minstens 100 pagina’s dunner kunnen zijn omdat de schrijfster er te veel details bijhaalt die niet ter zake zijn of overbodig en de spanning daardoor verminderen.
Niettemin is het slot verrassend en wordt de echte dader ontmaskerd. Ontdekt wordt ook dat er heel wat geld is verdonkeremaand door de personeelsleden van het Spreetheater. Ook dat Pauli’s vader de intendant Ben Westermann per jaar een miljoen euro verdient. En dan is het de vraag of de Dreigroschenoper nog mag worden uitgevoerd op zaterdagavond. Want dat is van belang voor rederijkerskamer Concordia in Groningen. En de titel Brecht gaat voor recht is paradoxaal, want in de pamfletten wordt Brecht in diskrediet gebracht wegens misbruik van vrouwen en slecht betaalde auteurs. Ook dat hij communisten gestimuleerd zou hebben om de SA-leider nazi Horst Wessel te vermoorden. Kortom, zijn rol was niet zo fraai als vaak gedacht. Althans als we de schrijfster, die veel research heeft gedaan, mogen geloven.
Marianne Vogel – Brecht gaat voor recht – (vijfde) Berlijnthriller, 412 pagina’s, ISBN 978 94 6424789 3, uitgeverij Aspekt, € 17,95, september 2021