Autobiografie van een flat - Otto de Kat
Nostalgische terugblik op een leven
Breed uitwaaierende herinneringen
Ze gingen er wonen in 1941, de (toen nog toekomstige) ouders van Otto de Kat. Ze bedongen een huurcontract voor slechts een half jaar, omdat ze eigenlijk toch liever een ander huis wilden.Wat groter, een tuintje erbij. Maar uiteindelijk bleven ze er altijd wonen, de vader tot zijn vroege dood in 1964, de moeder zelfs tot haar overlijden in 2010. De flat werd verkocht, maar Otto de Kat kocht hem in 2023 terug, om zittend in het hujs waar hij opgroeide zijn herinneringen te boekstaven. Dat werd Autobiografie van een flat.
Over de auteur:
De naam Otto de Kat is het pseudoniem van Jan Geurt Gaarlandt (Rotterdam, 1946). Hij studeerde theologie, met bijvak Nederlands, in Leiden. Hij werkte geruime tijd als literair recensent voor de Volkskrant en Vrij Nederland en publiceerde in 1975 de dichtbundel Het ironisch handvest. In 1986 richtte hij uitgeverij Balans op, die hij in 2002 verkocht, maar in 2014 weer terugkocht. In 1998 verscheen zijn eerste roman, Man in de verte. Hierna volgden nog zes romans van zijn hand, waarin de Tweede Wereldoorlog vaak het centrale thema vormde. Zijn boeken stonden regelmatig op de longlist voor belangrijke literatuurprijzen en zijn in vele talen vertaald.
Oudgeboren man
Ze namen, nog maar net getrouwd, de flat over van VVD-politicus Harm van Riel, een oudgeboren man. Er kwam een zoon in 1943, nog volop in oorlogstijd en later, in 1946, werd de schrijver zelf geboren. Alle jeugdherinneringen van De Kat zijn op deze flat terug te voeren.
Toch speelt dit huis, in tegenstelling van wat de titel doet vermoeden, niet echt een hoofdrol in dit boek. Puttend uit zijn herinneringen waaieren zijn gedachten breed uit naar familieleden, vrienden, gebeurtenissen, jeugdherinneringen, boeken en gedichten. Van die laatste, met name van de hand van Nijhoff, Marsman en Vroman, strooit De Kat her en der veelzeggende citaten uit hun werk door zijn tekst heen.
Kinderachtig idee
Wie kruipt er nu jaren na hun overlijden het huis van zijn ouders in, wat dreef me?, vraagt De Kat zich zelf af om te concluderen: ‘Het lijkt op een kinderachtig idee om de geschiedenis te vlug af te zijn, een onmogelijke poging om wat achter de rug is vóór me in het vizier te houden, oud geluk terug te halen, het is niet meer dan vruchteloos gespartel tegen de tijd.’ […] ‘Vanuit het trappenhuis stap ik telkens een vervlogen wereld in, oud en volslagen nieuw.’
Oorlog
Centrale thema’s zijn de liefde van zijn ouders voor elkaar, te vroeg geëindigd door de dood van vader Hans in 1964, zijn broer, ook te vroeg overleden en als telkens opnieuw opduikend thema, net als in zijn romans, de oorlog, ook al wilden de ouders die het liefst zo snel mogelijk achter zich laten. Maar oorlogen gaan niet voorbij, tot in het derde en vierde geslacht sluipen ze verder en langer nog, oorlog is als een veenbrand, zestig, tachtig, honderd jaar later slaat er zomaar weer een vlam uit. En later: De oorlog is van papier, een stapel gaten, van documenten en half vertelde verhalen, van vooral verzwegen jaren.
Memoir
Het levert bij elkaar een nostalgisch, poëtisch memoir op, over wat voorbij is en nooit meer terugkeert. De Kat is een schrijver die elk van zijn woorden zorgvuldig weegt, die telkens nieuwe formuleringen vindt voor wat haast niet onder woorden te brengen is. Maar bovenal is Autobiografie van een flat een ode aan zijn ouders en een herinnering aan een jeugd vol liefde.
Sonja de Jong
Otto de Kat – Autobiografie van een flat, 176 pagina’s, Van Oorschot, ISBN 978 90 282 4211 1, € 22,50, mei 2024