Anangsieh - Verhalen van de spin uit Suriname - Anton de Kom
Anansi schurk en egoïst. Is tegenstanders te slim af, zelfs zijn vrouw en kinderen…
‘Anton de Kom tovert met Anansi,’ schrijft Raoul de Jong in zijn nawoord
ANANGSIEH TORIES van Anton de Kom (Anansi op verschillende manieren gespeld) is een mythische spin uit volksverhalen. De oorspronkelijke Anansi-verhalen komen uit Ghana in West-Afrika. ‘Anansi’ betekent ‘spin’ in de taal van de Ghanese bevolkingsgroep Akan. Met de slaventransporten gingen de Anansi-verhalen naar de andere kant van de wereld. Op de plantages waar deze tot slaaf gemaakte mensen moesten gaan werken waren uitingen van hun eigen cultuur verboden, maar deze verhalen konden overal stiekem doorverteld worden. Op deze wijze gaven ze troost in een situatie van onderdrukking en kregen zo een nieuwe functie: die van protest.
Kenmerkend voor de Anansi-verhalen is dat Anansi zijn tegenstanders steeds te slim af is. In zijn karakter heeft hij zowel elementen van de schurk als de egoïst: hij heeft er geen probleem mee om zijn vrouw Akuba of een van zijn vele kinderen te bedonderen, wanneer hij daar zelf voordeel van heeft (en in de regel is dat voordeel: meer eten).
In Suriname worden de Anansi-verhalen Anansi tori(es) genoemd. Op de voormalige Nederlandse Antillen heet de spin Nanzi, ook wel: Kompa Nanzi, kameraad Nanzi.
Anansi inspireert tot uitgaven
In 2020 publiceerde uitgeverij Querido een schitterende uitgave van de Anansiverhalen van Johan Ferrier (1910-2010), de eerste president van Suriname en een rasverteller, prachtig geïllustreerd door Noni Lichtveld (1929-2017), dochter van schrijver Lou Lichtveld (Albert Helman). De uitgave is recent herdrukt.
(Noot van de redactie: Daarin werd echter niet vermeld dat de basis hiervan gebonden verscheen onder de titel Het grote Anansiboek bij uitgeverij Conserve in 2010 die zowel in Nederland als in Suriname werd gepresenteerd. Met een redactiecommissie die onder meer bestond uit schrijfster Cynthia Mc Leod, redacteur Peter Sanches en Conserve-uitgever Kees de Bakker en nieuwe tekeningen van Noni Lichtveld. Voor het boek dat bedoeld was voor de 100ste verjaardag van Johan Ferrier (die echter in januari 2020 stierf en dus in mei net geen 100 kon worden) schreven de toenmalige president van Suriname Ronald Venetiaan en de premier van Nederland in 2010 Peter Jan Balkenende ieder een voorwoord. 450 schoolbibliotheken in Suriname kregen hiervan een exemplaar.)
Onlangs verscheen bij Atlas Contact Anangsieh Verhalen van de spin uit Suriname, geschreven door Anton de Kom (1898-1945), schrijver en verzetsstrijder, met illustraties van Brian Elstak (1980).
Een verschil dat direct opvalt tussen dit boek en Het grote Anansiboek van Ferrier, is het formaat en de omvang. Ferriers boek telt 25 verhalen en heeft een A-4-formaat (de Conserve-uitgave is nog iets groter), De Koms boek, overigens wel zorgvuldig vormgegeven, is qua formaat de helft van dat van Ferrier en biedt de lezer slechts vijf verhalen. Als je het inleidende tekstje en het verhaal van De Koms grootmoeder ervan aftrekt, blijven er maar drie Anansi-verhaaltjes van Anton de Kom zelf over.
Het voorwoord is van Gerda Lenten Havertong: ‘Zijn verhalen ademen de drang om de schoonheid van de Surinaamse natuur en cultuur uit te dragen. […] De Anangsieh van Anton de Kom vervult een rol die altijd tot doel heeft het saamhorigheidsgevoel om zich heen te bevorderen.’
De verhalen van De Kom, geschreven tussen 1933 en 1937, zijn getiteld: Asihmah de bloeddrinker: ‘Wie was hij? Hoe zag hij eruit? Kon hij lopen, of kruipen? Was hij een dier, boom of bloem? Of was hij misschien een mens?’ Het tweede heet: Purperhart en de rode mier: ‘Waarom pakken jullie met zijn allen Purperhart niet aan?’ vroeg Ba Anangsieh. ‘Ach, dat komt doordat we een beetje bang voor hem zijn,’ antwoordde Rode Mier. ‘Gekheid! Probeer het maar, dan zal je wel zien.’
En het derde heeft als titel: Ontiehmangh, Ba Anangsieh en de slang, over een jager, de spin en een slang.
Journalist en schrijver Raoul de Jong tekent voor het nawoord: ‘Anton is veel meer dan een schrijver. Hij is een schrijver die kan toveren. Hij deed het tijdens zijn leven en hij doet het nu nog, lang na zijn dood.’
Een klein, mooi boekje.
Adriaan Vermeulen
Over de auteur
Anton de Kom (Paramaribo, 22 februari 1898 – Kamp Sandbostel, Neuengamme, 24 april 1945) was een Surinaamse antikoloniale schrijver en verzetsstrijder in Nederland. Zijn vader was nog geboren in slavernij; zijn naam is waarschijnlijk afgeleid van de plantage-eigenaar Mok.
De Kom gaat naar Nederland, maar vertrekt eind 1932 met zijn gezin weer naar Suriname, waar hij begin 1933 aankomt. Vanwege zijn antikoloniale opvattingen wordt hij door het gezag scherp in de gaten gehouden.
Hij wordt gearresteerd en in mei ’33 op een schip naar Nederland gezet. Daar schrijft hij verder aan zijn beroemd geworden boek Wij slaven van Suriname, dat in 1934 (in gecensureerde vorm) verschijnt.
Na de Duitse inval in 1940, sluit De Kom zich aan bij het communistisch georiënteerde Nederlands verzet. In augustus 1944 wordt hij gearresteerd voor de deur van zijn woning in Den Haag.
De Kom overlijdt op 24 april 1945 aan tuberculose in Kamp Sandbostel.
Na de onafhankelijkheid van Suriname in 1975 wordt De Kom steeds meer vereerd als held. In 2020 werd hij toegevoegd aan de Canon van Nederland, een overzicht van onderwerpen die iedere Nederlander over de Nederlandse geschiedenis zou moeten weten.
Anton de Kom – Anangsieh – Verhalen van de spin uit Suriname met illustraties van Brian Elstak, 166 pagina’s, ISBN 978 90 450 4588 7, uitgeverij Atlas Contact, € 20, februari 2022