Allie Burns 1 - 1979 - Val McDermid
Eerste deel over journaliste Allie Burns o.a. over een oplichtingszaak
Danny - Allies schrijfmaat – gaat undercover en raakt betrokken bij een terroristische bomaanslag voor een vrij en onafhankelijk Schotland
Val McDermid heeft na de Tony Hill- en Carol Jordan-reeks weer een nieuwe hoofdpersoon: Allie Burns, verslaggeefster bij dagblad Daily Clarion in Glasgow. Het begint goed met de geboorte van een kind in een trein, die opgehouden wordt door sneeuwstormen. Ze moeten wachten tot de sneeuwruimer komt vanuit Falkirk en die komt maar langzaam vooruit. Omdat ook de verwarming is uitgevallen brengt de conducteur dekens rond. Grijze dekens die meer geschikt zijn voor een paard dan voor een mens. Allie slaat hem om zich heen en haalt haar neus op vanwege de mottenballengeur.
Dramatische treinrit
In de trein blijkt Jenny Forsight te bevallen van een baby, maar er is geen dokter in de trein, waarnaar de conducteur even later vraagt. Allies collega Danny Sullivan biedt zich aan als EHBO-er en slaagt erin om baby Craig in de trein ter wereld te brengen. Na de aanvankelijk pijnlijke kreten van Jenny tijdens de bevalling leidt het uiteindelijk toch tot blijdschap bij haar en partner Stevie. Het leidt tot een onvergetelijke zin die Allie in haar stuk opneemt wanneer Stevie Jenny in de trein vraagt om met hem te trouwen, waarop ze zegt: ‘Als ik had geweten dat dat het enige was om je zover te krijgen om te vragen, was ik een hele tijd geleden zwanger geworden.’ Kennelijk vindt de redactie het niet gepast om de rol van vroedvrouw aan Stevie te bedelen, dus krijgt de conducteur Thomas Mulrine, de hoofdrol als verloskundige, die het een grote verantwoordelijkheid vindt. British Rail is zo royaal om baby Craig een levenslang geldig treinabonnement te geven. Ze moet er van avondredacteur Arnie Anderson nog een kadertje bij schrijven van 5 alinea’s over haar ’dramatische treinrit’. Ze zou zelf nooit willen bevallen schiet haar te binnen. Maar ze begint met: ‘Het had een doodnormale treinrit moeten worden.’
Wet omzeilen
Haar collega Danny Sullivan wil graag een groot journalistiek onderzoekverhaal beginnen. Het wordt hem in de schoot geworden door zijn oudere, geadopteerde, broer Joseph die bij een verzekeringsmaatschappij werkt: Paragon Investment Insurance (PII). Joseph zegt dat sommige mensen zich niet druk hoeven te maken om inflatie. ‘De klanten voor wie ik werk kunnen alles hebben. De wet is voor ons allemaal hetzelfde. Maar er zijn manieren om de wet te omzeilen.’ In een koffer van zijn broer die met zijn ouders naar de mis is, vindt Danny behalve brochures van PII ook een los vel papier waarop Joseph drie namen heeft geschreven: Brian McGillivray jan (100 k), Wilson Brodie feb (125 k) en Andrew Mutch – maart (130 k). Zijn financiële collega weet dat McGillivray de man achter WestBet is en eigenaar van 40 gokkantoren, Brodie heeft een keten van automatenhallen en Mutch een bouwbedrijf. In de eerste twee zaken draait het allemaal om contant geld en ook Mutch kan heel eenvoudig de hand leggen op contant geld. Even later vindt Danny nog een naam: Graeme Brown – dec – 125k met daarachter de naam Snagglecat 2. Het lijkt wel een paard en achter de namen van de eerste drie staan vermoedelijk ook paardennamen: Meridian Flyer, ?Benbecula IV en Lady Lydnia. Dan vindt hij nog de naam Mayclays So’ton – Jespersen Nassau. Het lijkt wel of het allemaal deelnemers zijn aan de paardenrace van 14.15 uur in Musselburgh. Hij kan verder kunnen zoeken in de metalen doos van zijn broer. En als hij die openmaakt, schrikt hij van de hoeveelheid geld: 100.000 pond.
Over de auteur
Val McDermid (1955) is een van de beste thrillerauteurs ter wereld. Ze is de internationale bestsellerauteur van de Tony Hill- en Carol Jordan-reeks. Haar werk is onderscheiden met o.a. de Diamond Dagger en Gold Dagger. Ze wordt in meer dan dertig talen uitgegeven en haar werk is wereldwijd al meer dan 16 miljoen keer verkocht. 1979 is haar eerste Allie Burns-thriller.
Inmiddels ontdekt Allie dat ze af en toe door de krant op een klus wordt afgestuurd. Zoals een vraaggesprek met de vrouw wier papegaai voor overlast zorgde. Het nieuws plukte de luie plaatsvervangend nieuwsredacteur uit een blad van twintig jaar oud, de Sunday Thistle, waarin het verhaal staat van de papegaai. Als Allie een oud voorovergebogen vrouwtje wil spreken over het beest in verband met de klachten over de geluidsoverlast van de papegaai, begint de vrouw te gieren en te schuddebuiken van het lachen. ‘Ze kennen ook geen enkele schaamte. Dat artikel stond twintig jaar geleden in de krant. Mijn papegaai is al zeventien jaar dood. Iemand heeft je in de maling genomen, meisje.’ Alie zegt dat het haar spijt, rood aangelopen van schaamte. De chauffeur van de krant constateert al heel snel: ‘Desmond zit weer op de redactíe hoor. Die domme klootzak leert het nooit, elke zondag stuurt hij jullie op pad naar aanleiding van een artikel in de Thistle.’ Dat is overigens geen krant zegt hij maar een stripblad.
Referendum
Allie ontdekt dat er een verhaal zit in het referendum dat komt over centralisatie, vrouwelijke collega Rona Dunsyre had haar hiervoor getipt. Op een politieke bijeenkomst hoort ze dat de stemmen van studenten niet serieus genomen worden. Ze wil daarover gaan praten met vakbondsfunctionarissen en dan een verhaal hebben voor de nieuwsredactie.
Ondertussen helpt ze Danny met zijn verhaal over belastingoplichting. Het moet door de machine gehaald en ze raadt hem aan om zijn broer Joseph die bij Paragon werkt erbuiten te laten en hem niet te noemen. Hij heeft Joseph wel genoemd in gesprek met Billy Maclay op de scheepswerf in Southampton en zichzelf voorgesteld als Charlie Wishart. Hij bevestigt het verhaal dat de minimuminvestering op een schip honderdduizend pond is. De investeerders kopen een jacht direct in contanten. De bemanning vaart het schip naar Nassau, waar rederij Jespersen de boot verkoopt en het geld wordt overgemaakt naar een kersverse rekening op nummer bij een bank in Nassau, die niet verplicht is de Britse overheid op de hoogte te stellen. En ze vangen allemaal een percentage: Paragon, Maclay (10 procent). De investeerder betaalt de bemanning om naar Nassau te varen. Ook Jespersen pakt tien procent. Dus in plaats van 83% belasting van hun contante bonussen betalen ze nu slechts een kwart. Allemaal volkomen illegaal. Allie noemt het een stelletje ‘inhalige klootzakken’.
Obscuur hotel
Danny kan volgens haar het beste Joseph niet noemen in zijn verhaal. Zeker als hij daardoor dreigt te worden ontslagen. Danny reageert met: ‘Hij zal binnen het gezin niet de schuld op zich nemen en een manier vinden om aan te tonen dat hij onschuldig is. Door net te doen alsof hij naar mij is toegekomen toen hij erachter was wat er gaande was. Hij zal een of andere leugen bedenken om schone handen te hebben.’ Als het verhaal uitlekt, neemt Joseph hem dat zeer kwalijk, net als zijn moeder. Hij hoeft voorlopig niet thuis te komen. Allie en hij moeten dekking zoeken in een obscuur hotel, Ivanhoe, en als het verhaal van het bedrog – dat uit en te na is gecontroleerd door advocaten –in twee delen op vrijdag en zaterdag is gepubliceerd, moeten ze beschikbaar zijn om hun rol toe te lichten bij de politie. De hoofdrolspelers in het drama, zoals Billie McGillivray en Wilson Brodie zijn woest. De baas van de verzekeringsmaatschappij, Gregor Menstrie, laat zich op vrijdagochtend niet zien op het kantoor. Hij heeft Maclay tijdens de Southampton Boat Show verteld over zijn plannetje. Het moet al tientallen keren gelukt zijn. Maclay heeft de verslaggever zelfs de namenlijst laten zien. Zo’n beetje een overzicht van alle malafide Schotse zakenmensen.
Onafhankelijk Schotland
Via collega Rona verneemt Allie dat er plannen leven voor een onafhankelijk Schotland. Op vrijdagavond komt een stel mannen bijeen. Het is misschien beter dat Danny die zich voorstelt als Paul Reilly (naar zijn oom) met hen meedoet, vrouwen zijn niet zo welkom. De kameraden zijn Derek Malloch, Gary Bell – bekend als Ding-Dong onder zijn vrienden en Roddy Farquhar. Het stel heeft plannen voor een mogelijke aanslag op een gebouw zonder dat mensen getroffen worden. Gary kent Terry sinds zijn twaalfde, hij komt uit Belfast en is in het bezit van een arsenaal (aan wapens). Hij wil hem opzoeken in Belfast zodat hij weet waarover ze kunnen beschikken. Terry zit in de Boys Brigade. Hij groeit op in een unionistisch deel van de stad en komt drie jaar achtereen over met zijn voetbalteam naar Glasgow. Ze zijn sindsdien beste maatjes gebleven. Als er wat geld nodig is voor vuurwerk zegt Danny bereid te zijn een bijdrage te leveren. ‘Ik heb een tijdje geleden geluk gehad met premieobligaties. Ik heb het geld vastgehouden tot ik er een goede bestemming voor heb.’ Ze praten er verder over in de Spaghetti Factory, Allie luistert mee. Gary brengt op zondagochtend in een kroeg aan St. George’s Cross {‘Daar maken ze blijkbaar het beste gebakken ontbijt van deze kant van de rivier’) verslag uit van zijn bezoek aan vriend Terry of hij wat materieel kan kopen van de IRA. Danny raadt aan aan Allie om er niet bij te zijn, omdat ze als aantrekkelijke vrouw te veel zal opvallen. Maar het is haar artikel, zegt ze. Wel een kans voor hen beiden, informatie uit de eerste hand over het Schots Republikeins Leger. Danny moet oppassen, want ze zijn een bommencampagne aan het plannen. Hij moet geen opnamen maken, vooral als die Ier erbij is. Als ze klaar zijn belt hij haar op. Eerst moeten ze om tien uur bij de politie zijn zegt hij laat op vrijdagavond (nacht), over acht uur. Tijd om te gaan slapen.
Hoofden in een zak
Het infiltreren van Danny als Paul Reilly heeft consequenties. Samen met Dong Dong Gary Bell wordt hij in een zwarte taxi gesleurd, hun hoofden in een zak gestoken. Waarna een confrontatie volgt met vier potige gemaskerde mannen van de IRA. Hun voorman heet Niet-Declan. Ze willen wel wapens leveren maar er moet vooruit betaald worden. Danny heeft alleen tweehonderd pond bij zich. Twee dagen later zijn ze welkom met de overige 800 pond, want het afgesproken bedrag is 1000 pond. Als ze een onafhankelijk Schotland willen, is dat hetzelfde als wat de IRA wil dus zitten ze op een lijn. Ze hoeven geen wapens, ze willen alleen vier bommen hebben die ze laten ontploffen in gebouwen (waar geen mensen aanwezig zijn, er mogen geen burgerslachtoffers vallen). Daarna moeten ze de zakken weer opzetten en worden gedropt op een braakliggend perceel, bezaaid met lege flessen en blikjes. Op donderdagavond is de volgende afspraak donderdagavond 9 uur in dezelfde kroeg. Gary wil ook Roddy en Deke erbij betrekken, maar dat lijkt Danny niet verstandig. ‘We kunnen beter eerder met hen afspreken om half acht in de Spaghetti Factory, waar het allemaal is begonnen. En dat is ook handig voor Deke en Roddy.’
Undercover
Ondertussen hebben Allie en Danny Angus Carlyle van de krant ingelicht. Hij is eerst des duivels dat ze dit hebben gedaan, undercover gaan zonder met hem te overleggen. Maar later, na overleg met zijn uitgever, gaat hij toch overstag en zorgt dat de krant de 1000 pond voor de wapens betaalt. Er volgt overleg met misdaadredacteur Wee Gordon Beatie, die bezoek heeft van een mannetje bij de politieke veiligheidspolitie, Thomas Torrance. Uiteindelijk wordt hij samen met fotoredacteur Tony Visocchi bij het onderzoek betrokken. Carlyle wil dat een aantal auto’s Danny en Gary volgen als ze worden opgepikt bij de kroeg. Zoals een verslaggever en fotograaf. Hij wil iemand aan de overkant van de straat hebben waar ze worden opgepikt. ’Verderop in de straat een auto met twee inzittenden. Daarachter weer een auto met een inzittende. Als ze de eerste afslag bereiken, moet de tweede auto de man die te voet is, oppikken. Bij de volgende afslag verlaat de eerste auto de formatie, waarna hij een rondje rijdt en zijn passagier afzet.’ Als Allie vraagt aan Danny of Torrance nog een probleem kan zijn, denkt hij van niet: ‘Niet als we ons aan ons deel van de afspraak houden en hen Schotse en Ierse terroristen op een presenteerblaadje aanbieden. Er is toch geen reden waarom we dat niet zouden doen, toch?’ Het zal spannend worden hoe deze zaak afloopt, als ze maar geen gevaar lopen.
Als ze de 800 pond betalen, volgt het hele circus hen. Opnieuw zakken over hun hoofd tegenover de streng kijkende Niet-Declan als hoofd van de IRA-cel in Schotland en dan de mededeling dat de explosieven in kluis 129 liggen op het centraal station van Glasgow. Daar gaat het deurtje krakend open. Er liggen vier met vetvlekken verpakte blokken in. Ongeveer een pond per stuk, met een set dunne gele en oranje elektriciteitskabels, concludeerde Malloch: ‘Dat is inderdaad een ontsteker. Je steekt het metalen gedeelte in de semtex, stuurt een elektrische lading door de kabels, en bingo! Grote knal!’ Gary Bell zegt: ‘Allemachtig. Dit gaat echt gebeuren, jongens!’ Voordat ze alles opbergen in een leeg kluisje stelt Danny voor om de drie op de foto te zetten en daarna een met hem erop. Onder protest (‘Ben je niet goed bij je hoofd, wil je ons soms achter de tralies krijgen?’) gaan ze akkoord en daarna uiteen om zondag af te spreken in Mallochs appartement. Zodra Danny zich vrij kan maken, gaat hij met spoed naar de redactie terug en doet verslag, waarop Angus Carlyle aan hem en Allie vraagt verslag te doen. Ze begint meteen: ‘Vandaag is er door toedoen van een onverschrokken undercoveronderzoek van de Daily Clarion een complot verijdeld om Schotland met een golf bomaanslagen te terroriseren.’ Een paar minuten over drie ’s nachts heeft ze haar verslag klaar. Dit is haar grote droom om onderzoeksjournalist te worden en nu heeft ze het ook gedaan. Danny liet het ook over zich heen komen als hij die nacht een jongeman ontvangt die hem seksueel verwent voor 20 pond. Ondertussen heeft de politie Gary Bell gearresteerd en Deke Malloch, maar Roddy Faraquhar is hem foetsie. En de boosdoener is zijn vriendje, veiligheidspolitieagent Thomas Torrance, die hem heeft geholpen Schotland te verlaten en naar Manchester te vluchten waar een grote homogemeenschap is. Allie weet wel dat Danny bang is voor Torrance, maar niet dat hij een rol heeft gespeeld bij de vlucht van Roddy. De politie heeft ook de IRA-cel van Loughlin als makke schaapjes opgepakt. Braaf aan het kaarten op het adres Dykeswood. Er staat een zwarte taxi geparkeerd als de politie arriveert. Net als bij de oplichtingszaak moeten Allie en Danny weer bij de politie vertellen hoe ze te werk zijn gegaan. Advocaten van de uitgever hebben zich alvast ingedekt voor mogelijke juridische gevolgen.
Zondagsmaal
Voordat ze dat gaan doen, heeft Danny Allie beloofd gebraden kip voor haar te maken als zondagsmaal. Als ze bij zijn flat komt is hij er niet en ze denkt dat hij misschien bezig is met boodschappen voor de maaltijd. Wanneer ze de voordeursleutel voelt in de brievenbus en het huis binnenloopt, vindt ze Danny op een koeienkleed met een plas bloed eromheen. Dood. De ontzetting is groot. Ze belt direct de politie waarna ze op het bureau langdurig wordt verhoord als mogelijke verdachte. Apegaar komt ze thuis en op haar antwoordapparaat staat Angus Carlyle. Als ze hem terugbelt deelt hij haar ontzetting. Ook dat ze op het politiebureau is beschouwd als verdachte. Maar op de vraag of ze samen wat hadden heeft ze uiteindelijk met tegenzin geroepen dat Danny homo was. ‘En nu heb ik hem verraden.’ Angus vraagt of ze op de voorpagina een stuk wil schrijven om de wereld te vertellen over de dood van Danny. Ze schrijft dat het een wrede aanslag is ‘op een dappere journalist, wiens enige misdaad eruit bestond dag hij de waarheid wilde achterhalen om er op een eerlijke manier verlag van te doen. Maar voor mij is het nog erger dan dat. Want Danny Sullivan was mijn vriend. En nu is hij dood.’ Collega Rona komt haar troosten en aan haar vertelt Allie dat ze vermoedt dat Danny bang is voor Thomas Torrance en dat hij van Roddy heeft gehoord wat ze van plan zijn en dat Danny erbij betrokken is. Kan hij de mond van Danny hebben gesnoerd, ook omdat hij weet dat Torrance ook homo was?
Het blijft voorlopig ongewis wie de moordenaar van Danny Sullivan is. Dat zullen we lezen in het slot van dit geweldige boek, dat doet uitzien naar een tweede deel over Allie Burns, want dat er meer delen gaan verschijnen, is een ding dat zeker is.
Val McDermid – Allie Burns 1 – 1979 (verschenen als 1979 in 2021 bij Little, Brown Book Group) vertaald uit het Engels door Frank Lefevere, 375 pagina’s, ISBN 978 90 245 9739 0, uitgeverij L.S. Amsterdam (Luitingh-Sijthoff), € 21,99, januari 2022